'Nathan was er nooit geweest, maar wel gemaakt... Indië was overal in huis.' In zijn debuut Nathan Sid beschrijft Adriaan van Dis het milieu van oud-Indiëgangers. Nathan is een kind tussen twee culturen: kampliedjes onder de afwas - 'Jappen hier, jappen daar. Vele jappen zonder haar' — en Piet Heins Zilvervloot. Terwijl zijn Indische tantes zich aan zee ketjapbruin laten kleuren, moet hij een Nevea-zonneklep. Aan tafel zucht hij boven sajoer en karnemelk.
Nathan Sid is een prachtig relaas van een kindertijd in een verscheurd repatriantengezin.
• In het genre jeugdverhalen neemt Nathan Sid beslist een aparte plaats in: kort, poëtisch, veelzeggend en stilistisch heel opmerkelijk.
— T. van Deel
• Er is nauwelijks een zin in Nathan Sid die niet een speciale glans heeft; alle zelfstandige naamwoorden hebben bij Van Dis iets extra's, alle personages hebben iets curieus.
— Carel Peeters in Vrij Nederland