Kabouter Knippeling wordt 100 jaar. Daarom is er groot feest in Kabouterland. Kippeling krijgt een mooie, nieuwe schommelstoel. Pim heeft gevraagd of hij de oude stoel van Knippeling mag hebben. Pim heeft namelijk een plannetje bedacht: hij wil de schommelstoel ombouwen tot een stoel die kan vliegen. Er moet daarvoor nog heel wat getimmerd, geschroefd en gezaagd worden. Maar eindelijk is het zo ver: ze kunnen een proefvlucht maken en alles gaat goed. Koning Goedhart vraagt aan Wipneus en Pim of ze een pakje naar tante Boterbloem willen brengen. Dat komt goed uit, dan kunnen ze mooi de vliegende stoel gebruiken. Ze gaan op pad, maar de domoren zijn vergeten een kaart mee te nemen. Ze vragen de weg aan een paar vissers, Scheur en Tong. Die vertellen over twee boeven, Schol en Bot, die de Spookjeszee onveilig maken. Deze boeven stelen van iedereen vis om die zelf te verkopen. Daar zullen Wipneus en Pim wel eens wat aan gaan doen. Ze gaan naar het eiland waar Schol en Bot wonen. Daar vinden ze allemaal gestolen vis. Ze gebruiken de vliegende stoel om de gestoelen vis weer naar Steur en Tong terug te brengen. Op het eiland zetten ze een groot bord dat hier gsetolen vis wordt verkocht. Nu kunnen Wipneus en Pim naar tante Boterbloem. Die is maar wat blij met het pakje. Ze maken met de vliegende stoel nog een tochtje met tante Boterbloem en dan is het weer gauw terug naar huis.