FACULTEIT RECHTSGELEERDHEID Verwachtingen over de drugvrije afdeling: gedetineerden aan het woord Masterproef neergelegd tot het behalen van de graad van Master in de criminologische wetenschappen door (00806720) (De Schutter Astrid) Academiejaar 2013-2014 Promotor : Commissarissen : Prof. dr. Freya Vander Laenen Prof. dr. Wouter Vanderplasschen Lic. Ben Heylen Verkla ring inzake toegankelijkheid van de masterproef criminologische wetenschappen Ondergetekende, De Schutter Astrid (00806720) geeft hierbij aan derden, zijnde andere personen dan de promotor (en eventuele co-promotor), de commissarissen of leden van de examencommissie van de master in de criminologische wetenschappen, [de toelating] [geen toelating] (schrappen wat niet past) om deze masterproef in te zien, deze geheel of gedeeltelijk te kopiëren of er, indien beschikbaar, een elektronische kopie van te bekomen, waarbij deze derden er uiteraard slechts zullen kunnen naar verwijzen of uit citeren mits zij correct en volledig de bron vermelden. Deze verklaring wordt in zoveel exemplaren opgemaakt als het aantal exemplaren waarin de masterproef moet worden ingediend, en dient in elk van die exemplaren ingebonden onmiddellijk na het titelblad. Datum: 9/08/2014 Handtekening: Astrid De Schutter „In gevangenissen wordt een hoog percentage aangetroffen van mensen die met de meest ernstige vormen van druggebruik en de grootste verslavingsproblemen te kampen hebben. Alle gevangenisdirecties dienen maatregelen te ontwikkelen om de betreffende problemen aan te pakken en deze zo optimaal mogelijk te richten op het doorbreken van de cyclus van drugverslaving en criminaliteit.” Mike Trace, voorzitter van het Europees Waarnemingscentrum voor Drugs en Drugsverslaving VOORWOORD Allereerst gaat een woord van dank uit naar mijn promotor, prof. dr. Freya Vander Laenen, voor haar tijd en de snelle en constructieve kritieken die zij gaf doorheen de totstandkoming van deze masterproef. Daarnaast wil ik ook prof. dr. Wouter Vanderplasschen en lic. Ben Heylen bedanken voor hun interesse in deze masterproef en het optreden als commissaris ervan. Vervolgens dienen ook dhr. Bart Van Den Langenbergh en mevr. Kim Lee hier vermeld te worden, wiens ondersteuning en vlotte medewerking onmisbaar was om de uitvoering van dit onderzoek tot een goed einde te brengen. Verder wil ik mijn vader (Rudy) en stiefmoeder (Kim) bedanken voor de morele en financiële steun die mij heeft gebracht tot waar ik vandaag sta. Een welgemeende dank u wel aan mijn grootouders. Mijn oma (Marie-Louise), maar speciaal mijn peter (Louis), die steeds het belang van goede schoolresultaten benadrukte en op wiens onvoorwaardelijke steun ik steeds heb kunnen rekenen. Ook mijn fantastische ‘crimivrienden’ verdienen hier een moment van aandacht, voor de troostende woorden, de verkwikkende koffies en de occasionele (en broodnodige) ‘reality check’. Bedankt aan de vele lezers van mijn masterproef voor hun bereidheid mij een kritische blik op deze verhandeling te verschaffen. En last but not least, de 20 respondenten van het Penitentiair Complex Brugge voor hun enthousiaste en bereidwillige medewerking aan mijn onderzoek. I | Pagina INHOUDSTAFEL VOORWOORD ............................................................................................................................................................................. I INHOUDSTAFEL .................................................................................................................................................................... II LIJST VAN GEBRUIKTE AFKORTINGEN .............................................................................................................. V INLEIDING .................................................................................................................................................................................. 1 HOOFDSTUK 1: NOOD AAN DRUGHULPVERLENING INTRA MUROS? ....................................... 7 1. Aard en omvang van het druggebruik ......................................................................................................... 7 1.1 Europa .................................................................................................................................................................... 7 1.2 België ...................................................................................................................................................................... 8 2. Druggebruik en criminaliteit ............................................................................................................................. 9 3. Verschillende aspecten van het druggebruik .......................................................................................... 10 3.1 Medische aspecten ......................................................................................................................................... 11 3.2 Psychische aspecten ...................................................................................................................................... 12 3.3 Relationele aspecten .................................................................................................................................... 13 4. Drughulpverlening aan gedetineerden: het aanbod in de Belgische gevangenissen ..... 15 5. Besluit ............................................................................................................................................................................. 18 HOOFDSTUK 2: DE DRUGVRIJE AFDELING ..................................................................................................... 20 1. Wat is een drugvrije afdeling? ......................................................................................................................... 20 1.1 Kenmerken van een drugvrije afdeling ........................................................................................... 21 1.2 ‘Modified therapeutic communities’ ................................................................................................... 22 1.3 D-side ..................................................................................................................................................................... 23 2. De effectiviteit van een DVA: What works? .............................................................................................. 26 2.1 Succesfactoren voor een drugvrije afdeling .................................................................................. 26 2.2 Effectiviteitsonderzoek ............................................................................................................................... 27 3. Ervaringen op de drugvrije afdeling ............................................................................................................ 31 3.1 Ervaringen en verwachtingen van gedetineerden ..................................................................... 31 II | Pagina 3.2 Ervaringen en verwachtingen van partners werkzaam binnen D-side .......................... 34 4. Besluit ............................................................................................................................................................................ 34 HOOFDSTUK 3: METHODOLOGIE .......................................................................................................................... 37 1. De onderzoekssetting: Penitentiair Complex Brugge........................................................................ 37 2. Onderzoeksdoelstellingen .................................................................................................................................. 37 3. Onderzoeksvragen .................................................................................................................................................. 38 3.1 Wat zijn de algemene ervaringen van gedetineerden binnen een drugvrije afdeling? ............................................................................................................................................................................ 38 3.2 Wat zijn de ervaringen van de gedetineerden binnen de drugvrije afdeling van het Penitentiair Complex Brugge, en wat zijn de verwachtingen van gedetineerden, over een drugvrije afdeling, die buiten de DVA verblijven? ............................ 39 3.3 Welke invloed van druggebruik, detentie en een verblijf op de DVA wordt door de gedetineerden ervaren op hun familiale en sociale relaties? ........................................... 40 4. Onderzoeksstrategie .............................................................................................................................................. 40 5. Onderzoeksmethode .............................................................................................................................................. 41 5.1 Het interview ................................................................................................................................................... 41 5.2 Steekproef .......................................................................................................................................................... 42 5.3 Selectie van de respondenten ................................................................................................................. 43 5.4 Werving van de respondenten ............................................................................................................... 44 5.5 Ethische aspecten .......................................................................................................................................... 45 5.6 Validiteit en betrouwbaarheid ............................................................................................................... 46 6. Verloop van het onderzoek ................................................................................................................................ 47 7. Data-analyse ............................................................................................................................................................... 48 8. Beperkingen van het onderzoek ..................................................................................................................... 48 9. Besluit ............................................................................................................................................................................ 49 HOOFDSTUK 4: RESULTATEN ................................................................................................................................... 51 1. Gedetineerden binnen D-side ........................................................................................................................... 51 1.1 Kenmerken van de respondenten ....................................................................................................... 51 1.2 Wat zijn de ervaringen van de gedetineerden binnen de drugvrije afdeling van het penitentiair complex Brugge? ............................................................................................................ 54 III | Pagina 1.3 Welke invloed van druggebruik, detentie en een verblijf op de DVA wordt door de gedetineerden ervaren op hun familiale en sociale relaties? ........................................... 62 1.4 Besluit ................................................................................................................................................................... 64 2. Gedetineerden buiten D-side ............................................................................................................................. 67 2.1 Kenmerken van de respondenten ........................................................................................................ 67 2.2 Wat zijn de verwachtingen van gedetineerden, over een drugvrije afdeling, die buiten de DVA verblijven? ....................................................................................................................................... 71 2.3 Welke invloed van druggebruik en detentie wordt door de gedetineerden ervaren op hun familiale en sociale relaties en hoe zou een DVA hierop kunnen inwerken? ........................................................................................................................................................................... 75 2.4 Besluit ................................................................................................................................................................... 78 3. Besluit: Een vergelijking: binnen versus buiten DVA ........................................................................ 80 HOOFDSTUK 5: DISCUSSIE ........................................................................................................................................... 82 1. Relatie detentie – gebruik ................................................................................................................................... 82 2. Motivaties, voor- en nadelen van een DVA ............................................................................................... 82 3. Familie en vrienden ................................................................................................................................................ 86 CONCLUSIE .............................................................................................................................................................................. 88 BIBLIOGRAFIE ........................................................................................................................................................................ 97 BIJLAGEN ...................................................................................................................................................................................VI BIJLAGE 1: Interviews .................................................................................................................................................. VII BIJLAGE 2: Informed Consent ................................................................................................................................. IX BIJLAGE 3: Codeerschema’s......................................................................................................................................... X IV | Pagina LIJST VAN GEBRUIKTE AFKORTINGEN DG EPI Directoraat-Generaal Penitentiaire Inrichtingen DVA Drugvrije Afdeling M1 Mannen 1: afdeling langgestraften M2 Mannen 2: afdeling kortgestraften PCB Penitentiair Complex Brugge PSD Psychosociale Dienst SURB Strafuitvoeringsrechtbank TG Therapeutische Gemeenschap TVP Terugvalpreventie UV Uitgaansvergunning V | Pagina INLEIDING Probleemstelling In België kreeg het onderwerp ‘drughulpverlening aan gedetineerden’ eerder dit jaar veel media-aandacht naar aanleiding van het programma ‘Alloo in de vrouwengevangenis’, waarin een jonge vrouw die, omwille van feiten die ze naar aanleiding van haar drugproblematiek had gepleegd, een gevangenisstraf opgelegd had gekregen en zelfmoord pleegde in haar cel. Onmiddellijk weerklonk de stelling dat druggebruikers niet in de gevangenis thuis horen en nood hebben aan een aangepaste drugbehandeling. Druggebruik tijdens detentie is echter geen nieuw fenomeen. Reeds in de jaren twintig van de vorige eeuw werd door Vervaeck de aanwezigheid van druggebruikers in de Belgische gevangenissen gemeld. In 1972 werd ook het gebruik van heroïne intra muros ontdekt en sindsdien blijven de cijfers van druggebruik binnen de gevangenismuren stijgen (1976: 3%, 1982: 6,5%, 1989: 19,5% en 35,8% in 1993). Sinds de jaren negentig neemt het percentage druggebruikende gedetineerden indrukwekkende proporties aan (Todts, 2009). Het aantal gedetineerden dat ooit in zijn/ haar leven één of andere vorm van illegale verdovende middelen heeft gebruikt, bedraagt op dit moment ongeveer 66%. Daarnaast geeft 30% tot 34% aan tijdens detentie drugs te gebruiken (Van Malderen, 2011; Deprez et al., 2011). Ook op Europees niveau geeft ongeveer één gedetineerde op drie aan ooit drugs gebruikt te hebben tijdens zijn/ haar detentie (EMCDDA, 2012). Voor deze aanwezigheid van verhoogd middelenmisbruik in de gevangenis kunnen drie theoretische verklaringen worden gegeven. Een eerste verklaring betreft het deprivatiemodel waarbij er vertrokken wordt vanuit de vaststelling dat gedetineerden allerlei deprivaties ondergaan (zoals het verlies van vrijheid en bepaalde keuzemogelijkheden; Snacken, 2013). De laatste jaren zijn hier echter nog verschillende andere deprivaties, die in principe vermijdbaar zijn, bijgekomen zoals overbevolking en verouderde en vervuilde inrichtingen. Als resultaat van deze deprivaties vertonen vrijwel alle gedetineerden uiteindelijk depressieve symptomen en drievierden van de gedetineerden kampen met psychosomatische aandoeningen (Blaauw et al., 1998). Zoals later in deze masterproef zal besproken worden, is druggebruik één van de wijzen waarop 1 | Pagina gedetineerden het leven in de gevangenis draaglijker willen maken en hun depressieve gevoelens trachten aan te pakken. Het importmodel is een tweede gehanteerde theoretische verklaring voor de aanwezigheid van drugs in gevangenissen en stelt dat vooral de individuele eigenschappen van de gedetineerden een rol spelen, eerder dan de gevangeniscontext (Snacken, 2013). Hierbij kan gesteld worden dat er meer drugs in de gevangenis circuleren omdat er meer druggebruikers in de gevangenis zitten (Todts, 2009). Een recenter ontwikkeld model, nl. het ‘administrative control model’, aanvaardt zowel het deprivatie- als het importmodel, maar legt hierbij vooral de nadruk op de rol van de gevangenisautoriteiten en hun gevoerde beleid binnen de instelling die een invloed kunnen hebben op het druggebruik intra muros (Todts, 2009). De relatie tussen gedetineerden en het bewakingspersoneel speelt een essentiële rol in het reduceren van het druggebruik van de gedetineerden (Stevens, 1997). De relatie tussen druggebruik en criminaliteit is reeds geruime tijd het voorwerp van onderzoek, maar er is geen sprake van een eenduidige oorzaak-gevolgrelatie (Bennett & holloway, 2009). Er werd wel een significant verband vastgesteld tussen beide. Druggebruikers geven aan vaker betrokken te zijn bij illegale activiteiten (Shewan & Davies, 2000) en lopen een verhoogde kans om een gevangenisstraf opgelegd te krijgen (EMCDDA, 2012). Het terugdringen van druggebruik doet dan ook de individuele criminaliteitsgraad dalen (Pollack, Reuter, & Sevigny, 2011) en het aanbieden van penitentiaire drughulpverlening kan hierbij een preventiestrategie voor recidive uitmaken. Druggebruik werkt op verschillende aspecten van het leven van de druggebruiker in, zoals zijn financiële situatie, huisvesting, vrije tijd en zijn relaties met vrienden en familie (De Wree, Pauwels, Colman, & De Ruyver; 2009). In deze masterproef zal de focus liggen op de ervaren invloed van een drugvrije afdeling (DVA) op de relaties van de gedetineerden met vrienden en familie. Een goede band met (niet-gebruikende) familie en vrienden kan ertoe leiden dat men minder snel tot druggebruik verleid zal worden en zo ook minder snel over zal gaan tot het plegen van druggerelateerde criminaliteit (Hirschi, 1969). Belgisch doctoraatsonderzoek wijst verder ook uit dat er een significant 2 | Pagina
Description: