Van Aladdin tot Zwaan kleef aan. Lexicon van sprookjes: ontstaan, ontwikkeling, variaties A.J. Dekker, J. van der Kooi en Theo Meder bron TonDekker,JurjenvanderKooienTheoMeder,VanAladdintotZwaankleefaan.Lexiconvan sprookjes:ontstaan,ontwikkeling,variaties.SUN,Nijmegen1997 Zievoorverantwoording:https://www.dbnl.org/tekst/dekk033vana01_01/colofon.php Letop:boekenentijdschriftjaargangendiekorterdan140jaargeledenverschenenzijn,kunnen auteursrechtelijkbeschermdzijn.Welkevormenvangebruikzijntoegestaanvoorditwerkofdelen ervan,leesjeindegebruiksvoorwaarden. 7 Inleiding Volksverhalen en sprookjes Ondereenvolksverhaalverstaanweeenindemondelingeoverleveringcirculerend verhaal,alkandeschriftelijketraditieinveelgevalleneenrolspelen.Determ‘volk’ sloeginditverbandvroegervooralopheteenvoudige,ongeletterdevolk,de plattelandsbevolkingmetname,dienietofnauwelijkslasenschreefendusvolledig aangewezenwasopmondelingevertelkunst.Maarvolksverhalen-komenookbij anderesociale,geletterde,ontwikkeldegroepenvoor.Hetbijzonderevanhet volksverhaalligtdanooknietindesocialegroepwaarinhetverteldwordt,maarin hetfeitdathetineenbepaaldetijdenruimtewordtdoorverteldenbijmensenbekend is.Zogedefinieerd1.ishetvolksverhaaleenruimbegripwaaralleverhalenonder vallendie,metwelkeinhouddanook,enwaar,wanneer,hoeendoorwiedanook gedurendelangereofkorteretijdwordendoorverteld. Binnenditruimebegripvolksverhaalzijntalvanverhaalgenresteonderscheiden, zoalshetsprookje,desage,delegende,deanekdote,demop,hetstichtelijkeverhaal ofexempel,hetbekeringsverhaalenzovoort.Elkgenrekenteenindeloopvanzijn geschiedenisuitgekristalliseerdethematiekenstructuur,ontstaanvanuitde bedoelingenendebehoeftenvanwaaruitdevertellersdeverhalenvertellen.2.Het verhaalgenredateenvertellerhanteertalshijietswilvertellen,isafhankelijkvan wathijaanzijntoehoorderswiloverdragenenhoudtnauwverbandmetwathemen zijnpubliekgeestelijkbezighoudt. Bijhetvertellenspeeltdebedoelingvandevertellersteedsdehoofdrol.Alsde vertellerhetgevoelvoorhumorvanzijntoehoorderswilaanspreken,leidtdittothet vertellenvaneengrappigverhaalofeenmop.Wanneerhijniet-alledaagse, bovennatuurlijkegebeurtenissenenverschijnselenalswaargebeurdwilvertellen, leidtdittothetvertellenvansagen.Devertellerhoeftzichoverigensnietsteedsvan dieintentiesevenscherpbewusttezijn.Vertellersbenoemenhunverhalenvaak andersdanonderzoekersendegrenzentussendeverschillendegenreszijndanook dikwijlsvaag.ZozaldeenevertellerhetverhaalvanRepelsteeltjealseeninzijn ogengeloofwaardigesagebrengenenzaldeandereereenecht‘erwas eens’-wondersprookjevanmaken. A.J.Dekker,J.vanderKooienTheoMeder,VanAladdintotZwaankleefaan.Lexiconvansprookjes:ontstaan,ontwikkeling,variaties 8 Hetbekendsteverhaalgenreiszondertwijfelhetsprookje.3.Hetbegrip‘sprookje’ kentveledefinities.Idealitervertoonthetdevolgendekenmerken. Hetwordtalselkvolksverhaal(ook)mondelingdoorverteldenisanoniem,dat wilzeggendeeersteverteller(demaker)ervanisnietbekend,alleendelaatste vertellerenmisschienooknogdiensbronzijnbekend. Hetspeeltinhetverleden,ineenmeestalonbestemdetijd(‘erwaseens’),enin eennietexactgedefinieerderuimte,ineenpreïndustriële,feodaalgestoffeerdewereld metkoningen,prinsenenprinsessen. Hetiseenblijeindigendrecht-toe-recht-aanreis-enavonturenverhaal,een liefdesgeschiedenismethindernissendieeindigtmeteenbruiloft,‘enzeleefdennog langengelukkig’. Hetverhaalbegintaltijdmeteenprobleem,eennoodsituatie,eenopdracht(een prinseswordtgeroofd,eenziekekoningwenstzichhetlevenswater,eenboze stiefmoedermaakthaarstiefdochterhetlevenonmogelijk,eenarmemankanzijn kinderennietmeervoeden,enzovoort),meteeninnerlijkebehoeftevandeheldof heldin(zuchtnaaravontuur,wenseenpartnertevinden,enzovoort)ofmeteenandere ongemakkelijkesituatiewaarvooreenoplossinggevondenmoetworden. Deheld/heldiniseenjongemanofvrouwopdedrempelvandevolwassenheid, dieeropuittrektomhetprobleemoptelossenenmetzijn/haartegenstreversen helpershethandelingsverloopdraagt.Vaakishijofzijdejongste,minstbelovende enogenschijnlijkdomstevaneendrietal. Slechtemenselijke,dierlijkeofdemonischetegenstanders(draken,reuzen,een tovenaar,duivel,heksofstiefmoeder)proberenhemofhaartebelettenhetdoelte bereiken,goedehelpersoftovervoorwerpenzoalseenmagischzwaard, zevenmijlslaarzenofknuppels-uit-de-zakdiehijofzijkrijgt,steeltofverdient,maken hetechterondanksalletegenwerkingmogelijkteslagen. Degrondschemataenbasisstructurenvanhetsprookjezijndrieledig:deheld/heldin iseenvaneendrietal,ermoetendrieopdrachtenwordenuitgevoerd(drieprinsessen bevrijd,enzovoort);nadattweeanderenernietingeslaagdzijndeproblemenopte lossen,lukthetnummerdriewel;hij/zijmoetdrietegenstandersverslaan,heeftdrie helpers,driemagischevoorwerpen.Despanningwordthierbijsteedsverder A.J.Dekker,J.vanderKooienTheoMeder,VanAladdintotZwaankleefaan.Lexiconvansprookjes:ontstaan,ontwikkeling,variaties 9 opgevoerdenbereikthethoogtepuntbijdederdepoging,dederdehelper,dederde opdracht. Naastendwarsdoordezedrie-ritmiekheenkennenveelsprookjesooknogeen tweeledigestructuur,eenverdelingintweehelften.Ishetuitgangsprobleemeenmaal opgelost,isdeprinsesbevrijdendedraakverslagen,dedierbruidegomofhet zwanenmeisjeonttoverd,danvolgtidealiternogniethetslot,maarbegint, bijvoorbeeldomdatdeheld/heldinnogeenjaarwachtenwil,eenbedriegerof bedriegsterzijnofhaarplaatsinneemt,hij/zijeentaboeovertreedtofbetoverdwordt, eennieuwereeksavonturen,weervolgenseenzelfdedrie-ritme-stramien.Declimax vandezetweedereeksisdanhetslotvanhetsprookje. Hetsprookjeiseenwonderverhaal.Metdienverstandedathetwonderenhet bovennatuurlijkeereenbijzondererolinspelen,maar-endatisessentieelvoordit genre-zonderdatdezerolalswonderlijkwordtervaren.Integendeel,hetwonderlijke wordtalsietsheelgewoonsenvanzelfsprekendsgepresenteerd.Detweedimensies, hetnatuurlijkeaardseenhetbovennatuurlijkemagisch-mythische,wordeninhet sprookjeniet,zoalsbijvoorbeeldindesage,gescheidenengeproblematiseerd,maar lopenprobleemloosenbijnanaadloosdoorelkaarheeneninelkaarover.Mens,dier, mythischwezen,hetbetoverdeenhetbetoverende:zeleveninhetsprookjein eenzelfdeuniversum.Eendraakofreusisvooreensprookjesheldnietsbijzonders. Kenmerkendvoorhetsprookjeisvoortsdathethandelingsverloopleidttot resultatendiehaaksstaanopdedagelijkserealiteitvandevertellers.Hetsprookje zetdewereldopzijnkopenisdaarbijonverbeterlijkoptimistisch.Dejongste,domste, zwakstewintaltijd;deherdersjongentrouwtmetdeprinses;hetweesmeisjekrijgt haarprins;devileinekoningendebozestiefmoederontlopenhungerechtestrafniet. Daarbijishetsprookjebuitengewoonrechtlijnigenradicaal.Decontrastenworden zoscherpmogelijkaangezeteneriseenduidelijkehangnaarhetextreme.Allesin handelingenresultaatisgerichtopduidelijkheid.Individualiseringen karakterontwikkelingdoenzichnauwelijksvoor.Defigurenzijnslechtsrepresentanten vanwatzijvoormoetenstellenendragendanookvaakgeennamen.Zezijngewoon eenofdekoning,stiefmoeder,draak,reus,zuster,soldaatofherdersjongen.Heeft deheldofheldinweleennaam,danisdiemeestalòfzoalgemeendathijeerder ont-individualiseertdanindividualiseert(Jan,Hans,Klaas,Grietje),ofzijmoeten hetdoenmetsimpele,passende A.J.Dekker,J.vanderKooienTheoMeder,VanAladdintotZwaankleefaan.Lexiconvansprookjes:ontstaan,ontwikkeling,variaties 10 (bij)namenalsAssepoester,DoornroosjeofKleinDuimpje.Bijditalleswordenstijl envertelwijzegekenmerktdoorvasteformuleringen(bijvoorbeeldbegin-en slotformules:‘erwaseens’en‘enzijleefdennoglangengelukkig’),door abstrahering,stilering,eenbeeldendtaalgebruik,eenduidelijkesymboliekeneen bijnadwangmatigebehoefteaanherhaling(bijvoorbeelddealgenoemdevoorkeur voorhetdrievoudige).Hetsprookjedraagtzoallekenmerkenvaneenorale prozaliteratuur. Natuurlijkvindenwenietaldezekenmerkeninelksprookje.Bijde wondersprookjes,diedekernvanditgenrevormen,treffenwezehetmeestduidelijk envolledigaan.Maareenkleinedochzeergeliefdegroepwondersprookjesheeft nietdegebruikelijkeadolescentenalshoofdpersonen,maarkleinekinderen,zoals desprookjesvanRoodkapje,KleinDuimpjeenHansenGrietje,waarinde ontsnappingvandehelden/ofheldinuitdeklauwenvaneenmensenetend bovennatuurlijkwezen(reus,heks)ofdiercentraalstaat.Elk(sub)genreheeftzijn eigenafwijkingenenrafelrand.4. Naasthetwondersprookje-erzijnzo'n550verschillendebekend-kenthetsprookje devolgendesubgenres,metelkweerhuneigenspecifiekekenmerken:het diersprookje,waarindierenzichtegelijkalsdierènalsmensgedragenenhandelen (ookdefabelswordenhiertoegerekend);hetlegendesprookje,sprookjesmeteen sterkereligieuzeenvaakookdidactisch-moralistischecomponent;novellesprookjes, waarinhetwonderopdeachtergrondtreedtenhetavontuurofeenspannende, meeslependeofvoorbeeldigegebeurtenisinhetcentrumstaat;de domme-duivel-sprookjes,diecirkelenomhetovertroevenvaneenonnozeledemon (bijonsmeestaldeduivelopzielenjachtofeenreus)dooreenslimmemanofvrouw; deformulesprookjes,waarindeherhalingcentraalstaat;tenslottedehumoristische ofgrappigesprookjes(kluchten). IndeinternationalesprookjescatalogusvanAarne-Thompson(AT)zijndebekendste enmeestverspreidesprookjesbeschreven.Zehebbenerelkeeneigentypenummer ingekregen.5.ZostaathetsprookjevanRoodkapjebekendalsAT333.Indeze cataloguszijnruim3200verschillendeverhaaltypenbeschreven.Naastechtesprookjes zijnerbijdehumoristischesprookjesook velehonderdenverhaleninopgenomen diedemeestesprookjeskenmerkennietvertonenentotdeanekdotischeverhalenen klassiekemoppengerekendmoetenworden. A.J.Dekker,J.vanderKooienTheoMeder,VanAladdintotZwaankleefaan.Lexiconvansprookjes:ontstaan,ontwikkeling,variaties 11 Roodkapjeiseentype.Datwilzeggen:alleverhalendieweherkennenalseen realisatievanhetRoodkapje-verhaalrekenenwetothetRoodkapje-type,totAT333. Elkeafzonderlijkerealisatie,indemondelingeofschriftelijkeoverlevering,vandit verhaaltypenoemenweeenversie,variantoflezingvanditverhaal.Alseendeel vandeversiesvaneensprookjestype,hoewelnogduidelijktotdittypebehorend, minofmeervandehoofdvormafwijkteneeneigenkaraktervertoont,sprekenwe vaneensubtype,eenbijzondereredactievanhettype,of,wanneerditdeelookeen eigengeografischeafbakeningkent,eenoikotype. OpbasisvanATzijnerookveleregionaleoflandelijketypencatalogigemaakt. HetNederlandsesprookjeisdoorJ.R.W.Sinninghein1943gecatalogiseerd,6.het Friesein1984doorJurjenvanderKooi7.enhetVlaamsein1968doorMauritsde Meyer.8. Eenveelgesteldevraagishoeenwanneervolksverhalenontstaanzijn.Eenalgemeen enmisschienopheteerstegezichtwatnietszeggendantwoordhieropzoukunnen luidendatvolksverhalenzooudzijnalsdemensenmondelingmetelkaar communiceren.Hetvaltimmersmoeilijkvoortestellendatineenmondeling communicerendesamenlevingbijvoorbeeldhetvertellenvangebeurtenissenuithet verleden,zoalsstrijdennatuurrampen,onbekendzouzijn.Enhoezoumenkunnen levenzonderideeënendusverhalenoverhetontstaanvanmensen,dieren,planten engoden?Volksverhalenzullendusweliniederemenselijkesamenleving,ookvele duizendenjarengeleden,bekendzijngeweest. Daarmeeisnognietsgezegdoverhetontstaanendeouderdomvandethans bekendegenres,verhalenenverhaalmotieven.Hetgroteprobleemhierbijisdatwe maareenheelkleinstukjevandemenselijkegeschiedenisoverzien.Passinds ongeveer1800ismenminofmeersystematisch(mondelinge)volksverhalengaan optekenen,endanwasmennogheelselectiefinwatmenverzamelde,waarenbij wie.VóórdietijdmoetenwehetinWest-Europadoenmetincidenteleschriftelijke vermeldingen,ookalheelselectief:indeeersteplaats,alindemiddeleeuwen, religieusgetinteverhalen,legenden,exempelen,duivel-enwonderverhalen, novellistischeenhumoristischeverhalen;later,indenieuwetijd,ooksteedsmeer anderesoortenverhalen:anekdoten,kluchten,moppen,leugenverhalenen,vanafde 16eeeuw,in A.J.Dekker,J.vanderKooienTheoMeder,VanAladdintotZwaankleefaan.Lexiconvansprookjes:ontstaan,ontwikkeling,variaties 12 toenemendemateooksprookjes.Deoudereliteraturen,deEgyptische,Griekse, Romeinse,ChineseenvooraldeIndischeliteraturen,dietalvanverhalenen verhaalmotievenbevatten,voerenonsverderterugindetijd,maarveelverderdan deeersteduizendjaarvooronzejaartellingkomenwetochniet.Bijdezeoudere bronnenmoetenwegeenletterlijkuitdemondvanhetvolkopgetekende volksverhalenverwachten.Ooktoenisnietgeprobeerdomsystematischallegenres enverhalenoptetekenen.Hetbetreftsteedsliterairebewerkingenvanbepaalde verhalendiemenookindelateremondelingeoverleveringkantegenkomen.Dit allesmaakthetextramoeilijkomdefinitieveuitsprakenoverhetontstaanende ouderdomvanverhalentedoen.Deouderdomvanverhalenkaninelkgevalextreem wisselendzijn:hetverhaaloverdestrijdtegendeeenogigereusPolyphemustreffen wealaanindeOdysseevanHomerus(8eeeuwvoorChristus).Hetverhaaloverde ontmaskeringvaneenroverdooreenappelvangproeflijktnietouderdande19e eeuw. Werakenhiertevenshetpuntvandegecompliceerdeverhoudingtussen schriftelijkeenmondelingeoverlevering.Beidehebbenhunkarakteristieke eigenschappen.Eenvandebelangrijkstekenmerkenvandemondelingeoverlevering isdateenverhaalnietéénenkeledefinitievevormkent.Datisdoordemondelinge overdrachtvandeenevertelleropdeandere,doordeindividuelevoorkeurenvan vertellersendoordebeperktecapaciteitvanhetmenselijkgeheugen,ookvolstrekt onmogelijk.Nieuwetijden,ruimtesenvertellerszorgentelkensweervoor aanpassingenenveranderingen.Heteneverhaalblijftindeloopdertijdenopmerkelijk stabiel,hetandereverandertzodanigdatmenhet(gekende)begin-eneindpunt nauwelijksmeermetelkaarzoudurvenverbindenalstussenstadianietietsvande ontwikkelingzoudenlatenzien.Nieuweontwikkelingenvereisensomsaanpassingen inverhalen(moderniseringvandeomgeving,veranderingvandemoraalenzovoort). Hierdoor,endoordatpasrelatieflaatbegonnenismetdeschriftelijkevastlegging vanmondelingcirculerendeverhalen,isdereconstructievanontstaanen verspreidingsgeschiedenisvansprookjeseenzeergecompliceerdezaak.Wezouden erbijvoorbeeldverkeerdaandoenomdemeestuitgebreideversiealsde oorspronkelijketebeschouwenendesimpeleversiesalseensoortverbasteringen hiervantengevolgevanhetgebrekkigegeheugenvandevertellers.Hetisintegendeel nietonmogelijkdatjuisteensimpeleversiedeoorspronke- A.J.Dekker,J.vanderKooienTheoMeder,VanAladdintotZwaankleefaan.Lexiconvansprookjes:ontstaan,ontwikkeling,variaties 13 Frontispiceentitelpaginavandeeerstepublicatie(1697)vanContesdemamèrel'oye(Sprookjes vanMoederdeGans)vanCharlesPerrault,onderdeoorspronkelijketitelHistoires,ouContesdu tempspassé. lijkeisgeweestendatdevertellersdaaropzekermomentanderemotievenaan hebbentoegevoegd. Demeningenvandeonderzoekerslopennogsteedsuiteenoverdevraagin hoeverredemondelingeoverleveringgeheellosvandeliterairetraditieheeftbestaan. Ditgeldtmetnamevoorhetsprookjeenhetgrappigeverhaal.Bijdesagespeeltdie literairebeïnvloedingwaarschijnlijkeenmindergroterol.Sagenlatenzichook mindergemakkelijkineenvasteliterairevormgieten.Metdetoenamevandelees- enschrijfkunstmoetenwerekeninghoudenmeteengroeiendeliteraireinvloedop demondelingetraditie.9.Dematewaarinblijftonderwerpvandiscussieenonderzoek. Terwijlmeneraanvankelijksteedsvanuitisgegaandathetsprookjeeenheeloud enbijuitstekmondelinggenreis,isdaarinde20eeeuwgeduchtekritiekopgekomen. ZoontkendedeTsjechischesprookjesonderzoekerAlbertWesselski(1871-1939) alseenvandeeerstenhetbestaanvaneenzelfstandige,datwilzeggenlosvande literatuurstaandevolksverhaaltraditie.Hijmeentdathetsprookjeinoorsprongeen literairproductisdatvervolgensindemon- A.J.Dekker,J.vanderKooienTheoMeder,VanAladdintotZwaankleefaan.Lexiconvansprookjes:ontstaan,ontwikkeling,variaties 14 delingeoverleveringterechtisgekomen.Nietalleonderzoekersgaanzover,maar velenmenentochweldatdeinvloedvandeliteratuuropdemondelingetraditie enormisgeweest.DeFransesprookjesvanPerraultenzijnvelenavolgers bijvoorbeeldhebbeneenaantoonbaargroteinvloedgehad,onderandereookopde sprookjesverzamelingvandegebroedersGrimm.Erzijnechterooktegenvoorbeelden aantehalen.KurtRankenoemtvoorbeeldenvanverhalenmeteenaantoonbaarlange mondelingeoverlevering.ZoisereendoorWilhelmWisserin1900opgetekend sprookje.Devertellervanditsprookjewastoen90jaaroudenhadhetgehoordin zijnjeugd,in1820,vanzijngrootmoeder.Zijngrootmoederwasin182085jaaren hadhetsprookjeophaarbeurtinhaareerstejeugdjarengehoord.Wekomenopdeze maniergemakkelijk150jaarterugindetijd,dusvoordepublicatievandesprookjes vandegebroedersGrimm.VerderwijstRankeeropdateenreeksvanbekende sprookjesvandegebroedersGrimm,onderandereRoodkapjeenDoornroosje,inde 19een20eeeuwnauwelijksuitdemondelingeoverleveringzijnopgetekend- waarmeehijwilaangevendatdeliteraireinvloedopdemondelingeoverlevering ookweernietoverdrevenmoetworden.10.Maarookhiermoetenweervraagtekens bijgezetworden.Veeloudereverzamelaarshaddennamelijkgeenbelangstelling voorverhalenwaarvanzevermoeddendatdezedoorliteratuurenlectuur,waaronder desprookjesvanGrimm,beïnvloedwaren.Zewarenopzoeknaareenorale kernoverlevering.Hetobjectieverengrondigerverzamelenvanvolksverhalennade TweedeWereldoorlogheeftweldegelijkeengroteinvloedookvandesprookjesvan degebroedersGrimmzichtbaargemaakt. JurjenvanderKooiheeftdezeverhoudingtussenschriftelijkeenmondelinge overleveringinNederlandgrondigonderzochtaandehandvandeindeprovincie Frieslandopgetekendeverhalen.11.Hijvergelijktdesprookjes,dierverhalenengrappige verhalendieindeafgelopentweeeeuweninFrieslanduitdemondvanvertellers zijnopgetekend,metverhalenuitliterairebronnenzoalsdefabelsuitdeklassieke oudheidenvanLaFontaine,desprookjesvanGrimmenFriesealmanakkenen tijdschriften.BijtientallenverhaaltypenweetVanderKooitebewijzenofaannemelijk temakendatjongeremondelingeversiesafhankelijkzijnvanoudereschriftelijke. Zijnconclusieisdatdeindezeeeuwopgetekendevolksverhalennieteenpover restantzijnvan A.J.Dekker,J.vanderKooienTheoMeder,VanAladdintotZwaankleefaan.Lexiconvansprookjes:ontstaan,ontwikkeling,variaties 15 eenvroegerveelrijkerverhaalrepertoire,maarjuisthetresultaatvandealfabetisering vandebevolking,waardoorverhalenuitboekenentijdschriftenindemondelinge overleveringzijnterechtgekomen.12.Voorvroegereeeuwenzijndezerelaties moeilijkervasttestellen.Hetinzichtindevolleomvangvanhetrepertoirevandie tijdontbreekt. Onderzoek en interpretatie Hetonderzoeknaarvolksverhalenkomtkortna1800opgangenrichtzichvrijwel geheelophetsprookjeendesage.Deoorsprongenheidenseinhoudvansprookjes ensagenstaanlangetijdcentraal.Debelangstellingvoorandereverhaalgenresis pasindelaatstedecenniaopgekomen. Degrondleggersvanhetvolksverhaalonderzoek,metnamevanhetsprookjes-en sagenonderzoek,zijndegebroedersJacob(1785-1863)enWilhelm(1786-1859) Grimm.Zegaaner,overeenkomstigdeinhuntijdheersendetheorieën,vanuitdat iedervolkeeneigenzielheeftdiezichhetzuiverstuitindetaalendepoëzie,de liederenenverhalen.Indeloopvandetijdhebbendevolkerenhunoorspronkelijke eigentaalenpoëziegedeeltelijkverloren.Ditgeldtvooralvoordehogerestanden. Deoorspronkelijkecultuurzoudenweinhaarzuiverstevormnogkunnenaantreffen bijdelageresocialestanden.Sprookjeszijn,indezevisie,restantenvandevroegere eenheidscultuurvanhetvolk.Zevormendaardoorzoweleenhistorischebronom dievroegerecultuurtereconstruerenalseenpolitiekmiddelomdeeenheidvaneen volkteversterken.DezeideeënsloegengoedaaninhettijdensdeFranseoverheersing versnipperdeDuitsland. In1812en1815publicerendegebroedersGrimmdetweedelenvanhunKinder- undHausmärchen,intotaal156sprookjes.Zevormenhetbeginvanhetonderzoek naarvolksverhalen.DegebroedersGrimmbetitelenhunsprookjesals‘splintersvan eenedelsteen’,datwilzeggenalsderestantenvanheidense,Germaanse, mythologischeverhalenoverhetontstaanendeinrichtingvandewereld.Vaakwordt gedachtdatdegebroedersGrimmhunsprookjesbijdeeenvoudige plattelandsbevolkinghebbenopgetekend.Zesuggererenditookinhunvoorwoord. Onderzoekheeftechteruitgewezendatzijhunsprookjesdeelszelfinhuneigen burgerlijkeomgevingnoteerden,deelsvanper- A.J.Dekker,J.vanderKooienTheoMeder,VanAladdintotZwaankleefaan.Lexiconvansprookjes:ontstaan,ontwikkeling,variaties
Description: