Katrine Wraa is een Deense psychologe en profiler. Na jarenlang voor de Engelse politie te hebben gewerkt, wordt ze naar Denemarken teruggehaald en aangesteld bij de afdeling Moordzaken in Kopenhagen. Ze krijgt het algauw zwaar te verduren wanneer ze samen met haar nieuwe partner, Jens Högh, de gewelddadige moord op een gynaecoloog, die is neergestoken in zijn eigen voortuin, moet zien op te lossen.
De verdenking komt te liggen op drie personen: een Tjetsjeense vluchteling wiens vrouw is overleden tijdens een bevalling waar de arts verantwoordelijk voor was, de weduwe van de gynaecoloog die over diepe geheimen blijkt te beschikken en de verborgen minnares van de arts.
In de loop van een paar zenuwslopende winterdagen wordt Katrine Wraa geconfronteerd met haar eigen diepste angst, wanneer de moordenaar een gewetenloze psychopaat blijkt te zijn, die plotseling veel te dichtbij is gekomen.