Sanering Oostergasfabriek te Amsterdam De ontstaansgeschiedenis van een alliantie ‘Bouwen in vertrouwen’ Inhoud Inleiding 4 4. Persoonlijke beleving van de projectleider 89 1. De context 9 5. De Alliantie, haar ontstaan, implementatie en effecten: een integrale terugblik 99 1.1 Historie van de Oostergasfabriek 9 5.1 Het karakter van de Alliantie Oostergasfabriek 99 1.2 Plannen Polderweggebied: herontwikkeling en sanering 13 5.2 Waarom vond men het nodig om de Alliantie te vormen? 104 1.3 Projectorganisatie 19 5.3 Hoe kwam de Alliantie tot stand? 105 1.4 Financiën 21 5.4 Welke veranderingen bracht de Alliantie teweeg? 108 5.5 Leverde deze Alliantie op wat men er van had verwacht? 110 2. De uitvoering van de sanering van de Oostergasfabriek 25 2.1 Inleiding 25 6. Samenvatting, conclusies en aanbevelingen 113 2.2 Fase A: de start (zomer 2004 - zomer 2005) 27 6.1 Samenvatting 113 2.3 Fase B: de heroriëntatie (zomer 2005 - najaar 2007) 36 6.2 Conclusies en aanbevelingen 117 2.4 Fase C: de Alliantie in werking (najaar 2007 - voorjaar 2009) 56 3. Externe partijen en omgevingsrisico’s 69 3.1 PWG 71 3.2 Tuinwijck 74 3.3 Het bevoegd gezag en de externe toezichthouders/handhavers 84 3 SKB Leergeschiedenis Sanering Oostergasfabriek te Amsterdam Inleiding • De opdrachtgever, het Project Bureau Bodem van betrokkenen de gebeurtenissen ervaren, waarin de Gemeente Amsterdam, hoopt met deze leerge- verschilden hun belevingen en hoe heeft dat de latere schiedenis beter voorbereid te zijn op toekomstige gebeurtenissen beïnvloed? Dit is vooral interessant projecten en deze effectiever te kunnen sturen. voor degenen die zelf betrokken zijn bij een bodem- Deze leergeschiedenis vertelt het verhaal van de zij daarin zouden slagen deelden zij hun geloof als ware • De Stichting Kennisontwikkeling Kennisoverdracht saneringsproject. Zij kunnen ontdekken welke sanering van het Oostergasfabrieksterrein in het wetenschap. Echter, op meerdere momenten tijdens Bodem heeft het ontstaan van deze leergeschiedenis invloed hun persoonlijke beleving heeft op het eigen Amsterdam-Oost. Na een moeizame start in 2004 de reis sloeg de twijfel toe. De reis duurde veel langer gestimuleerd en gesteund omdat zij graag wil dat de gedrag en op de beleving van anderen. is de sanering van dit circa negen hectare grote gebied dan verwacht, er waren tegenslagen en ongelukken en lering uit dit project voor de toekomstige bodem- • De leergeschiedenis: wat hebben de direct betrokke- in april 2009 succesvol afgerond. Daar was wel een over de gewenste koers ontstonden onenigheden. Er saneringsprojecten in Nederland beschikbaar is. nen geleerd van hun ervaringen en hun belevingen drastische koerswijziging binnen het project - waar- kwamen scheuren in het zo mooi opgebouwde plan. en hoe hebben zij die lering toegepast tijdens het onder de vorming van een alliantie - voor nodig. Wat eerst als wetenschap werd gezien werd betwist en Wat houdt deze leergeschiedenis in en voor wie is die project? Dit is vooral interessant voor degenen die In deze leergeschiedenis spreken de direct betrok- bekritiseerd. Er ontstond ergernis. Er werden fouten interessant? nu al midden in een bodemsaneringsproject zitten kenen openhartig over hun ervaringen en inzichten. gemaakt. Zelfs het geloof begon te wankelen. Toch • De feitelijke geschiedenis: wat is er gebeurd, wanneer of daar binnenkort aan beginnen. Doe er uw voordeel mee. realiseerden de reizigers zich tijdig dat zij samen in één en onder welke omstandigheden? Dit is vooral inte- schip zaten en dat elkaar overboord gooien geen echte ressant voor degenen die nog niet echt vertrouwd zijn In een notendop lijkt het verhaal enigszins op dat van de optie was. Ook terugkeren was geen optie; de schande met dit soort projecten, in het bijzonder bodemsane- ontdekking van Amerika: en de schadeclaims die hen te wachten stonden waren ringprojecten. Voorts is het leerzaam voor degenen Er was eens een groep reizigers die het plan had opgevat te groot. Zij zochten een ander soort ommekeer... die verschillende bodemsaneringsprojecten met om een nieuwe route naar het Verre Oosten te ontdek- elkaar willen vergelijken; er zijn er heel wat geweest ken. Op grond van eerdere verkenningen geloofden Waarom is deze leergeschiedenis geschreven? in Nederland en er gaan nog heel veel komen. Voor zij dat dit mogelijk zou zijn. Zij wisten dat het een • De direct betrokkenen willen er zelf van leren. Hoe alle andere lezers is deze feitelijke geschiedenis een lange en moeizame reis zou worden en om zichzelf en kan dat beter dan door de individuele ervaringen houvast om het totale verhaal te kunnen overzien. anderen (die hen zouden financieren) te overtuigen dat gezamenlijk en gestructureerd op te tekenen? • De belevingsgeschiedenis: hoe hebben de direct 4 Voormalig zuiveringsgebouw aan de Ringvaart 5 SKB Leergeschiedenis Sanering Oostergasfabriek te Amsterdam • De conclusies en aanbevelingen: Welke lessen kunnen thema’s aan de orde: Deze onderwerpen worden alleen besproken en toege- uit dit project worden getrokken? Zou men het met • De missie en de stakeholders van het project. Hier gaat licht voor zover zij van betekenis zijn voor het centrale de wijsheid van nu anders aanpakken? Dit is vooral het om aspecten als ambities, scope, belangen. Maar thema: de vorming van de Alliantie. van belang voor degenen die verantwoordelijkheid ook om politieke en bestuurlijke beïnvloeding. Dat is een eerste afbakening van de scope van deze leer- dragen voor het initiëren, organiseren, ontwerpen, • De financiering en aanbesteding van het werk. Hoe geschiedenis. Een tweede afbakening is dat het allemaal financieren en voorbereiden van toekomstige werd het project gefinancierd. Welke contractvormen is gebaseerd op de verhalen van de betrokkenen zelf. U Leeswijzer bodemsaneringsprojecten. werden achtereenvolgens gebruikt en waarom? Hoe moet dus geen diepgaande, al dan niet wetenschappelijke De hoofdstukken 1, 2, 5 en 6 geven samen een goed werd inhoud gegeven aan risicoverdeling en risico- beschouwingen verwachten. Een derde afbakening is dat overzicht van de hoofdlijnen. Wellicht wilt u die Waar gaat het verhaal inhoudelijk over? En waar gaat het beheersing? het niet over de technische of milieukundige vraagstuk- eerst lezen om u daarna in de externe partijen en niet over? • De organisatie van het project. Met aspecten als de ken gaat, noch over de vergelijking van dit project met omgevingsrisico’s en de persoonlijke beleving van de organisatiestructuur, de overlegstructuur en veran- andere bodemsaneringsprojecten. projectleider te verdiepen. Het hoofdonderwerp is de ontstaansgeschiedenis van deringen die daarin zijn aangebracht. de Alliantie Oostergasfabriek in Amsterdam. • Het ontwerpproces en het uitvoeringsproces. Hoe Centrale vragen zijn: waren deze ingericht, wat werd daarin veranderd en • Wat voor soort Alliantie was het? waarom? Hoofdstuk 1: Hoofdstuk 2: Hoofdstuk 5: Hoofdstuk 6: • Waarom vond men het nodig om de Alliantie • De compliance. De invloed van vergunningen en De context De uitvoering van de sanering Integrale terugblik Conclusies en te vormen? toezicht op het proces. aanbevelingen • Hoe kwam de Alliantie tot stand? • De omgeving. Hoe reageerden de buurtbewoners en • Welke veranderingen bracht de Alliantie teweeg? hoe is met hen omgegaan? Hoofdstuk 3: Hoofdstuk 4: • Leverde deze Alliantie op wat men er van had • De samenwerking en de mensen in het project. Hoe Externe partijen en omgevingsrisico’s Persoonlijke beleving projectleider verwacht? werd het leiderschap ervaren. Hoe was het team- work? Hoe was de samenwerking tussen de mensen Bij de behandeling van deze vragen komen diverse van verschillende partijen in het project? 6 7 Sanering Oostergasfabriek te Amsterdam 1 De context Stoom Kolengas Stoomketel Kolengas 1.1 Historie van de Oostergasfabriek Na aanhoudende klachten over de kwaliteit en de druk De Oostergasfabriek is tussen 1885 en 1887 gebouwd van het gas heeft de gemeente Amsterdam in 1898 de ex- in de Overamstelse polder, even buiten de toenmalige ploitatie zelf ter hand genomen. In 1922 werd als reactie Teer oostelijke stadsrand van Amsterdam. Het fabriekster- op de verminderde vraag naar gas besloten de productie rein, tot voor kort ook wel Polderweggebied geheten en van de Oostergasfabriek te staken. Hierna deed de fa- Teer tegenwoordig Oostpoort, beslaat circa negen hectare en briek dienst als distributiestation. In de gashouders werd ligt ingeklemd tussen de Polderweg, de Linnaeusstraat, stadsgas opgeslagen dat van elders werd aangevoerd, Teerput de Ringvaart en het spoor. Voor de bouw van de Ooster- totdat in circa 1963 werd overgeschakeld op aardgas. gasfabriek is het terrein opgehoogd. De ophooglaag Ruwe kolen Cokes bestaat uit zand en allerlei hergebruiksmateriaal zoals Kolengas puin, sintels en dergelijke en heeft een dikte van drie tot zes meter. De Oostergasfabriek is in 1887 in gebruik genomen voor de productie van stadsgas uit steenkool. Het complex bestond uit een aantal gebouwen rondom een centrale watertoren. Rond 1910 is op het noordelijk deel van het Teer terrein nog een watergasfabriek gebouwd. Luchtfoto uit 1958 Processchema gasfabriek Teerput 9 SKB Leergeschiedenis Sanering Oostergasfabriek te Amsterdam 7 6 13 13 13 13 13 14 14 Verschillende oorspronkelijke gebouwen van de gasfa- Linnaeusstraat, kantoren van het Arbeidsbureau en de 9 3 5 briek zijn in de vorige eeuw gesloopt. Andere hebben Sociale Dienst, het Montessori College Oost, een dieren- in de loop der jaren een nieuwe bestemming gekregen. asiel, een sportveld, een sporthal, een zwembad en een 8 14 14 Zo werd de ammoniakfabriek al in 1926 verbouwd tot jongerensociëteit. 15 dierenasiel. De koolgasstokerij herbergt sinds 1929 het 2 4 16 11 10 10 10 12 Sportfondsenbad-Oost, het eerste sportfondsenbad van 15 Nederland. Het zuiveringshuis was eind 20ste eeuw in 15 gebruik als garage voor de Stadsreiniging, het Autobus- museum MUSA en een kringloopwinkel. Het meter- 1 gebouw (CMA) is een feestzaal/jongerencentrum met oefenruimtes. Het onderstuk van de in 1905 gebouwde gashouder diende als basis voor de in 1974 gebouwde Historische gegevens gasfabriek Wethouder Verheij-sporthal (eind 2008 gesloopt). Zuiveringsgebouw en gashouder 1. Ingenieurswoning 8. Metergebouw Het Oostergasfabrieksterrein kende tot voor kort dus een 2. Schaft- en badgebouw 9. Watertoren veelheid aan functies. Hoewel het gebied veel weg had 3. Kantoor en woning assistent Ingenieur 10. Gashouders van een bedrijventerrein, waren er feitelijk maar weinig 4. Koolgasstokerij 11. Zuiveringsgebouw ‘echte’ bedrijven gevestigd. De meeste activiteiten vielen 5. Magazijn gloei-inrichting, laboratorium, werkplaats, 12. Ammoniakfabriek in de sfeer van de openbare en commerciële dienstver- machinekamer, pelouse en kirkamwasser 13. Watergasfabriek (later gebouwd) lening en leisure. Winkels bevonden zich vooral aan 6. (niet getekend, later gebouwd) 14. Kolenopslag de Linnaeusstraat, als onderdeel van het winkelgebied Smederij en timmerwerkplaats 15. Cokes opslag Linnaeusstraat/Middenweg. Het gebied telde daarnaast 7. (idem) Gloeikousjesfabriek 16. Cokes en sorteerrichting diverse openbare voorzieningen: het politiebureau Koolgasstokerij en watertoren 10 11 SKB Leergeschiedenis Sanering Oostergasfabriek te Amsterdam Verspreidingsroute verontreinigingen Bodemvervuiling: grond en grondwater 1.2 Plannen Polderweggebied: Een deel van de restproducten van de gasfabricage is des- herontwikkeling en sanering tijds op het fabrieksterrein achtergebleven. Op een groot deel van het terrein is de ophooglaag hierdoor verontrei- Herontwikkeling nigd geraakt met teer en bijbehorende componenten als In 1997 heeft voormalig stadsdeel Oost in een Nota van Terrein Oostergasfabriek vluchtige aromaten (vooral benzeen) en PAK (vooral naf- Uitgangspunten aangegeven het Polderweggebied te Watergraafsmeer taleen). De verontreiniging met cyanide is relatief beperkt willen herontwikkelen. Het stadsdeel wilde intensiever gebleven. In de ophooglaag bevinden zich verder met puin gebruikmaken van de schaarse stedelijke grond, onder gevulde kelders, oude rioleringen en funderingsresten van andere ter beperking van het woon-werkverkeer. Daarbij gesloopte gebouwen. De onder de ophooglaag aanwezige zou eventuele herontwikkeling het draagvlak voor de Ringvaart oude slootprofielen bleken voorkeursbanen voor de ver- stedelijke voorzieningen versterken. Het Polderweg- Opvullaag spreiding van verontreinigingen. gebied moest een nieuwe, levendige stadswijk worden. Verontreiniging Hollandveen Het belangrijkste risico van de aanwezige bodemver- Wadzandlaag Kwel ontreiniging is verspreiding naar de omgeving, vooral via het grondwater naar de naast en veel dieper gelegen Basisveen Watergraafsmeer, waar sprake is van een kwelsituatie. Infiltratie grondwater Ook andere bedrijfsactiviteiten die sinds 1923 binnen Stroomrichting grondwater het gebied hebben plaatsgevonden, kunnen plaatselijk bodemverontreinigingen hebben veroorzaakt (olietanks, restproducten drukkerij, garage, etc.). Eerste watervoerend pakket Gewelven onder koolgasstokerij 12 13 SKB Leergeschiedenis Sanering Oostergasfabriek te Amsterdam Lin n ae usstraat Tuinwijck In de Nota van Uitgangspunten is al aangegeven dat de tingsmogelijkheden echter sterk beperkt. Het realiseren ontwikkeling van het Polderweggebied een uiterst inge- van ondergrondse ruimtes bleek in dat geval financieel wikkelde en kostbare opgave zal worden. onhaalbaar. Dit stond op gespannen voet met de wens In 1998 zijn de stadsdelen Oost en Watergraafsmeer de ruimte zo intensief mogelijk te gebruiken. Ook zou gefuseerd. Het Polderweggebied moest het nieuwe de functiewijziging aanvullende saneringsmaatregelen ‘Hart van Oost’ worden, een nieuwe plek centraal in het vereisen om de blootstellingsrisico’s tot een aanvaard- nieuwe stadsdeel. In 1999 is een Masterplan opgesteld, baar niveau terug te brengen. dat later nog is herijkt. Uiteindelijk heeft de stadsdeel- raad het Stedenbouwkundig Plan voor het Polderweg- Rond 1997 kwam het ministerie van VROM met een gebied op 26 april 2004 vastgesteld. beleidsvernieuwing bodemsanering. Dit nieuwe beleid ging uit van het zo veel mogelijk verwijderen van de Sanering bron en pluim, gericht op het bereiken van een stabiele Sinds de jaren tachtig van de vorige eeuw zijn in het eindsituatie met zo min mogelijk nazorg. De gekozen Watergraafsmeer Polderweggebied diverse bodemonderzoeken uitgevoerd isolatievariant paste niet binnen de beleidsvernieuwing. om de verontreinigingssituatie in kaart te brengen. Begin In 1999 is daarom besloten tot een heroverweging van de jaren negentig is door de Dienst Milieu en Bouwtoezicht gekozen saneringsvariant. Op basis hiervan is voor een (DMB) op basis van een uitgevoerd saneringsonderzoek bronverwijderingsvariant gekozen. De mobiele veront- 1. Grand café in voormalig politiebureau 7. Winkels, horeca en 30 koopappartementen 14b. 93 sociale huurwoningen 2. Mart Stam flat, uitbreiding begane grond 8. Winkels, 12 koopappartementen 14c. 59 koopappartementen gekozen voor een isolatievariant. Dit saneringsplan reinigingskernen moesten zo veel mogelijk verwijderd met winkels 9. Winkels, nieuwe entree zwembad 15. Horeca in voormalig Dierenasiel voorzag in het aanbrengen van een schermwand tot circa worden, zodanig dat daarmee een stabiele eindsituatie 3. Winkels op de begane grond, parkeren in 10a. Sportfondsenbad Oost 16. 20 herenhuizen aan de Ringvaart 28 meter onder maaiveld en een geohydrologisch be- kon worden gerealiseerd voor het grondwater in de 2-laagse garage, 142 appartementen, 20 sociale 10b. Sports World, squash, fitness 16a. 9 herenhuizen huurappartementen 11. Winkels, horeca langs Ringvaart en 16b. 8 patiowoningen heerssysteem. Bij de isolatievariant zou de bodemveront- diepere watervoerende lagen. Op deze wijze kon ook 4. Muziekmakerscentrum muzyQ 56 koopappartementen 17. 90 koopappartementen reiniging aanwezig blijven. Daardoor werd het creëren een win-win-situatie met de herontwikkeling worden 5. Sporthal Wethouder Verheij 12a. Winkels, 71 sociale huurappartementen 18. CMA-zaal (horeca) van ondergrondse functies en daarmee de herinrich- gerealiseerd. 6a. Stadsdeelhuis Oost-Watergraafsmeer 12b. Winkels, Bertolt Brecht Huis, woonvoorziening 19a. 37 herenhuizen 6b. Basisschool De Kraal voor thuisloze jongeren 19b. 30 koopappartementen 6c. CKB Amsterdam 13. DansHuis Amsterdam, Ouder Kind Centrum A. Montessori College Oost 6d. Ondernemerscentrum en 32 koopappartementen 15 6e. Grand Café 14a. 43 koopappartementen SKB Leergeschiedenis Sanering Oostergasfabriek te Amsterdam In 2000 is de bronverwijderingsvariant uitgewerkt in een gerichte sanering, in plaats van een multifunctionele ontgraving zal een grote restverontreiniging in het raamsaneringsplan (RSP). Vervolgens is in 2003 het in- saneringsvariant. De kosten in verhouding tot de grondwater achter blijven. In een tijdsperiode van tegraal saneringsplan (ISP, d.d. 25 april 2003) opgesteld, effecten daarvan rechtvaardigen dat de sanering zo- maximaal dertig jaar zal deze verontreiniging door waarin ook de consequenties van de herinrichting op de danig wordt uitgevoerd dat daardoor de functionele middel van een combinatie van in-situ technieken sanering zijn meegenomen. Op basis van het ISP is op eigenschappen die de bodem voor mens, plant of dier worden gesaneerd 27 oktober 2003 door de Dienst Milieu en Bouwtoezicht heeft, volledig worden hersteld; • Voor de bovengrond is de saneringsdoelstelling: (DMB) een beschikking op basis van de Wet bodem- • De in het ISP geformuleerd saneringsdoelstelling de bovengrond wordt functiegericht gesaneerd. Dit bescherming (Wbb) afgegeven. Deze beschikking vormt voor de ondergrond luidt: het binnen dertig jaar betekent dat de bovengrond geschikt wordt gemaakt samen met het ISP het startpunt voor de sanering. bereiken van een stabiele eindsituatie. voor niet-grondgebonden woningen, bedrijven en Verder wordt in het ISP vermeld dat: openbaar gebied. Het geschikt maken gebeurt door Belangrijke overwegingen en bepalingen uit de beschik- - Gezondheidsrisico’s voor de toekomstige het aanbrengen van verhardingen en een leeflaag king zijn: bewoners en gebruikers worden voorkomen; op de niet verharde terreinen. Gebruiksbeperkin- • Het Oostergasfabrieksterrein is verspreidingsurgent. - Geen verspreiding van de verontreiniging meer gen dienen de duurzaamheid van de aangebrachte Uit de berekeningen blijkt dat het volume sterk ver- optreedt tot buiten het Oostergasfabrieksterrein; voorzieningen te garanderen. Ontgraving van de ontreinigd grondwater jaarlijks toeneemt met circa - Een zo beperkt mogelijk actieve nazorg benodigd is. ophooglaag wordt uitgevoerd ten behoeve van de 45.000 m3. Als niet wordt ingegrepen bestaat de kans • Gekozen is voor een variant waarbij een groot deel herontwikkeling (projectmatige ontgraving) en niet dat het verontreinigde grondwater in de Watergraafs- van de vracht door middel van ontgraving wordt om milieuhygiënische redenen. meer via het diepe grondwater op termijn naar boven verwijderd. Uitgegaan wordt van ontgraving ter komt; plaatse van twaalf mobiele verontreinigingvlekken In het ISP is aangegeven dat de sanering gefaseerd wordt • Conform het vernieuwde bodemsaneringsbeleid is die zijn gedefinieerd op basis van de gegevens uit de uitgevoerd en in totaliteit circa drie jaar zal duren. Het onderscheid gemaakt in de aanpak van de onder- uitgevoerde bodemonderzoeken. Verontreinigingen ISP is vervolgens uitgewerkt in een Definitief Ontwerp grond (mobiele verontreinigingen) en de bovengrond die niet tot de aangegeven terugsaneerwaarde kun- (DO). Om de overlast en de risico’s van emissies, als Verankering damwanden (stedelijke ophooglaag). Gekozen is voor een functie- nen worden verwijderd, worden geïsoleerd. Na de gevolg van uitdampen van verontreinigingen vanuit de 16 17 SKB Leergeschiedenis Sanering Oostergasfabriek te Amsterdam Projectorganisatiestructuur Sanering - Herontwikkeling grond en het grondwater, naar de dichtbebouwde om- Er is bewust gekozen voor twee projectbureaus om de geving te minimaliseren, is er in het Definitief Ontwerp werkzaamheden en kosten van de sanering duidelijk voor gekozen om alleen in de winterperiode (1 oktober - te scheiden van die van de herinrichting. Omdat de Gemeenteraad Stadsdeelraad 15 april) te saneren. De gemiddelde dagtemperatuur ligt bodemsanering en herontwikkeling elkaar gedeeltelijk in deze periode onder de 15o C. overlappen, is tussen beide projectbureaus een samen- werkingsovereenkomst gesloten waarin is bepaald wie Burgemeester en Dagelijks bestuur 1.3 Projectorganisatie welke taken uitvoert, hoe de kosten worden verdeeld en wethouders Bij de sanering zijn twee projectbureaus betrokken: hoe beide partijen samenwerken. het Projectbureau Bodem (PBB) en het Projectbureau Polderweg (PWG). De taakverdeling tussen het PWG en het PBB is in onder- staand figuur weergegeven. Het PBB is namens het college van B&W van Amsterdam Wethouder Portefeuillehouder Voorzitter Projectwethouder verantwoordelijk voor de uitvoering van de bodem- milieu Wonen Werken dagelijks bestuur sanering van het Oostergasfabrieksterrein en is onder- Slopen en Saneren deel van de organisatie van de Dienst Milieu en Bouw- functievrij Bouwen kuipen toezicht (DMB), maar staat er inhoudelijk, beleidsmatig maken Stuurgroep Sanering - Herontwikkeling en hiërarchisch los van. Het PBB en de DMB hebben PWG PBB/Alliantie PWG ieder een eigen directie en verantwoordelijk wethouder. Projectbureau Projectbureau Het PWG is verantwoordelijk voor de voorbereiding Bodem Herontwikkeling en uitvoering van de herontwikkeling en valt onder de Over en weer voeren de twee projectorganisaties taken bestuurlijke verantwoordelijkheid van stadsdeel Oost/ voor elkaar uit als dit vanuit het werkproces logisch is. Watergraafsmeer. De keuze voor twee gescheiden projectbureaus is mede 18 19
Description: