Copyright © 2009, 2011 Roos Vonk Copyright illustraties © 2009, 2011 Claudie de Cleen, op basis van foto’s van Duco de Vries Grafische vormgeving igraph bvba & estherwerkt Niets van deze elektronische uitgave mag worden verveelvoudigd in enige vorm of op enige wijze zonder schriftelijke toestemming met uitzondering van korte citaten als onderdeel van kritieken en boekbesprekingen. eBook ISBN 978 90 5594 819 2 www.roosvonk.nl www.twitter.com/RoosVonk www.scriptum.nl [email protected] www.twitter.com/ScriptumNL Inhoud Voorwoord Een toontje lager DEEL 1 EGO’S EN ANDERE ONGEMAKKEN 1 Slijmen 2 Man en macht 3 De bruut en de sukkel 4 Krediet: waarom bankiers net kleuters zijn 5 Zelfbedrog 6 Altijd te laat 7 Boemerang: denk niet aan witte beren 8 Wij en zij 9 Beloof nooit een beloning 10 Mannen 11 Onderhandelen 12 Zelfkennis: vertrouw op anderen 13 Seks en wiskunde 14 De vraag die zichzelf beantwoordt 15 Indruk maken 16 Verschil van inzicht 17 Spijt 18 Gezegend met onwetendheid 19 Met alle respect 20 Polderen met principes 21 Valse hoop 22 Machtsgevoel 23 Roedeldieren 24 Zendingsdrift 25 Brainstormen 26 Gevoelens voorspellen 27 M/V: waarom vrouwen boeken lezen over man-vrouw-verschillen 28 Behaagziek 29 Alles is relatief 30 Presteren of leren 31 Spotlight-effect 32 Door de mand gevallen 33 Onbewust onbekwaam 34 Imiteren: het nut van na-apen 35 Navelstaren 36 Seks en economie 37 Smoesjes 38 Sociale afwijzing: au! 39 De eerste indruk 40 Gewoon jezelf zijn 41 Onenigheid 42 Onbeantwoorde liefde 43 Het gelijk van het lijf 44 Het leiderschapshormoon 45 Vergeefse moeite 46 Zelfbeheersing 47 Eigenbelang of collectief belang 48 Avonturier of pietje-precies 49 Narcisme: eenzaam aan de top 50 Eerst het eten, dan de moraal 51 Oogcontact 52 Mail met mate 53 Eerlijk delen 54 Zelftwijfel 55 Emotionele incontinentie 56 Lichaamstaal 57 Vrije wil 58 Onzakelijk flirten 59 Wat je ziet ben je zelf 60 Ik heb altijd gelijk 61 De toon en de muziek 62 Happy single 63 Pech 64 Onrealistisch optimistisch 65 Buigen of barsten 66 Targets 67 Later DEEL 2 MENSELIJKE GEBREKEN VOOR GEVORDERDEN 1 Ik wist het wel 2 Lust, liefde en creativiteit 3 Het psychologisch afweersysteem 4 Betweters 5 Te nabij 6 Afgunst 7 Vreemden voor onszelf 8 Ankeren 9 Groepsdenken 10 Baden in andermans glorie 11 Koppig 12 Klagers 13 Grenzen overschrijden 14 Kempkippen 15 Kritiek 16 Eerst doen, dan geloven 17 Meelevend maar niet sociaal 18 Coaching 19 Spannend of veilig? 20 Gevoeligheden 21 Meeloper of dwarsligger 22 Niet boos maar teleurgesteld 23 Niet de slimste, wel de beste 24 Liegen 25 Alle varkens over één kam 26 Beoordelaars beoordeeld 27 Ego en empathie 28 Verleiding 29 De blinde vlek van de bevlogenen 30 Controle: alweer een geval van zelfbedrog 31 Doe ik het wel goed? Verborgen narcisme 32 Kansrekening 33 Verborgen gebreken 34 Time-out: het nut van een depressie 35 Het is altijd duurder dan je denkt 36 Samenwerking: het voordeel van de twijfel 37 Mooi zijn 38 Ken jezelf: vertrouw op de ander 39 Leedvermaak 40 Machtig denken 41 Paringsdans 42 Zelfreflectie 43 Doen of aangedaan worden 44 Met een beetje hulp van je vrienden 45 Pro-actief 46 Zijn topvrouwen bitches? 47 Feedback geven 48 Vrijheid 49 Manipuleren 50 Moraal 51 Zwartkijken 52 Levenslessen 53 What’s in a name 54 Waakzaamheid 55 Onbekend talent 56 Creëer je eigen werkelijkheid 57 Verborgen bedoelingen: het sprookje van goed en fout 58 Kiezen 59 Veranderbaar 60 Morele dwarsliggers 61 Plagiaat 62 Bluf 63 Tekort gedaan 64 Undo 65 Sluimerende vraagtekens 66 Vergeet jezelf Noten Voorwoord Een toontje lager Klik op het driehoekje om Roos’ voorwoord op YouTube te bekijken. I n de tijd dat ik de maatschappelijke ladder aan het beklimmen was, begon ik met onderzoek over slijmen. Al klimmende bemerkte ik dat mensen altijd zéggen ‘Ik gedraag me tegen iedereen hetzelfde,’ maar het niet dóen. Aan het begin van mijn loopbaan stond ik weleens in de pauze van een congres met iemand te praten die onderwijl langs mijn schouder rondkeek of er niet een belangrijker iemand rondliep. En mij dan midden in een verhaal plompverloren liet staan wanneer die belangrijke ander werd ontwaard. Onderling werd door ons onderknuppels natuurlijk veel geroddeld over zulke mensen. Tegen de tijd dat ik hoogleraar was, merkte ik dat je dat dan helemaal niet meer in de gaten hebt: je ziet alleen hoe mensen tegen jou doen. Je bent zelf diegene waar iedereen mee wil praten op congressen en borrels, dus je hebt het veel te druk om te zien dat die mensen wellicht een ander omverlopen terwijl ze naar jou op weg zijn. Uit mijn onderzoek bleek inderdaad dat mensen een slijmerd alleen bemerken wanneer ze kunnen zien hoe iemand zich naar boven én naar beneden gedraagt. Zit je zelf ‘boven’, dan zie je het laatste niet en heb je dus geen benul dat je beslijmd wordt. Dan zeg je: ‘Slijmen, dat doen ze bij mij niet; ze weten dat ik daar niet in trap.’ Zelfs toen ik dit allemaal wist door mijn onderzoek, vond ik het toch heel fijn toen ik op een Amerikaans congres werd aangesproken door een carrièrejager die zei: ‘I love love LOVE your work!’ Toen ik mijn onderzoek over slijmen publiceerde in een wetenschappelijk tijdschrift, heb ik in de bedank-voetnoot vermeld: ‘Thanks to all those who inspired this research.’ Daarmee bedoelde ik zeer vele collega’s – die grappig genoeg daarna stuk voor stuk tegen me zeiden: ‘Geweldig, die voetnoot!’, kennelijk zonder te beseffen dat ook zij werden bedoeld. Dat is een van die grappige maar vaak ook irritante eigenaardigheden van mensen: dat ze zo weinig zelfinzicht hebben. Dankzij psychologische experimenten kunnen we gelukkig steeds meer van onszelf begrijpen. Dat stemt niet altijd tot genoegen. In dit boek kun je onder meer lezen hoe mensen soms met z’n allen, unaniem, iets doen waar iedereen z’n twijfels over heeft; hoe de eerste indruk wordt beïnvloed door uiterlijk en stereotypen; hoe mensen ook zichzélf verkeerd inschatten, met hun roze bril en blinde vlek voor hun gebreken; hoe deadlines en budgettensteevast te optimistisch worden ingeschat; waarom mensen allemáál denken dat ze beter zijn dan anderen en pas gelukkig zijn als ze meer verdienenof een ander op zijn bek gaat; en hoe ze kritische geluiden of andere meningen afdoen als niet ter zake of vooringenomen. Allemaal menselijke zwaktes die we machtig interessant vinden, maar meestal niet bij onszelf herkennen. Het gebeurt toch zelden dat je denkt: ‘Aha, ik doe het weer: ik heb iemand een voordeeltje gegeven alleen omdat ie zo fijn tegen me slijmde.’ ‘Oeps, daar is ie weer: mijn vooroordeel tegen bejaarden/ boekhouders/ blondjes.’ ‘Ha, dit heb ik weer fijn naar mezelf toe geredeneerd zodat ik toch lekker gelijk heb.’ Het lijkt alsof al die onhebbelijke neigingen alleen bij ánderen bestaan. Dat we ze niet bij onszelf herkennen, komt vooral doordat ze grotendeels onbewust verlopen. Meewaaien met de verkeerde wind doe je niet doelbewust. Het waarderen van mensen die je naar de mond praten ook niet. Naar jezelf toe redeneren natuurlijk al helemáál niet. Niemand denkt ooit: ‘Laat ik nu eens fijn de feiten verdraaien en de conclusie trekken die voor mij het handigst uitpakt.’ Als je dat zou beseffen zou het natuurlijk niet werken. Als je bij jezelf te rade gaat, zul je dus in je eigen binnenste geen sporen aantreffen van zulke dwalingen. Je zult het ook niet opeens gaan zien als je extra goed kijkt. Dat is inherent aan onbewuste processen. De architectuur van het brein maakt dit principieel onmogelijk. Nee, het helpt ook niet je te laten coachen door iemand die denkt dat ie met jouw onbewuste kan praten. Wil je jezelf echt begrijpen, dan zul je domweg moeten aannemen dat je net zo bent als andere mensen. En dat algemene psychologische wetmatigheden dus ook op jou van toepassing zijn. Daar is dit boek voor. Er zijn mensen die tot zelfkennis denken te komen middels navelstaren, hun gevoel volgen, de aandacht op hun eigen binnenste richten en alles eruit gooienwat daar dwars zit. Maar je moet juist niet naar binnen kijken. Vergeet jezelfen kijk naar buiten. Dan leer je meteen ook nog iets over de rest van wereld. Langs die weg leer je ook jezelf beter kennen: in een onderzoek bleek dat mensen hun eigen reacties het best voorspellen wanneer ze weten hoe iemand anders in die situatie reageerde, en aannemen dat zij dat ook zouden doen. Je leert dus meer over jezelf door naar anderen te kijken. Intuïtief roept dat idee weerstand op. Wij zijn bijzonder. We zijn niet zomaar iemand. Maar juist op dat punt is wat zelfrelativering geboden. Anders worden we een samenleving vol van prinsjes en prinsesjes, die overal recht op hebben, zich niet aan ge-en verboden hoeven houden (die zijn voor anderen), en mogen zeggen en doen wat ze willen. Dat lijkt een paradijsje, maar de makke is juist dat het ons onvrijmaakt en onze wereld heel klein. We moeten met z’n allen een toontje lager gaan zingen, vind ik. Dat is ook mooier – dieper, voller – dan al dat prinselijk gesnater. Het opgeven van illusies over jezelf kan pijnlijk zijn, maar het biedt ook een spectaculaire verruiming van je blik. Daardoor kun je je met veel meer inzicht en gemak bewegen in het sociale verkeer. Je kunt de hoofdstukken in elke volgorde lezen: om de onderlinge verbanden tussen de verschillende onderwerpen weer te geven, heb ik diverse ‘links’ naar andere hoofdstukken gemaakt. In dit voorwoord staan er al een paar. Je zou dus van hieraf kunnen door-‘klikken’ naar een van de onderwerpen die ik hier heb gemarkeerd, en zo al bladerend verder lezen. Ik dank mijn eindredacteuren Jacomijn de Raad (Psychologie Magazine) en Nico Dikstaal (Intermediair), en ook Sanne Nauts voor het meelezen en -denken. Ik dank Claudie de Cleen voor de luchthartige illustraties, waarmee ze altijd