ebook img

E-boek Genealogie Scheepmaker-Amsterdam PDF

175 Pages·2017·10.2 MB·Dutch
by  
Save to my drive
Quick download
Download
Most books are stored in the elastic cloud where traffic is expensive. For this reason, we have a limit on daily download.

Preview E-boek Genealogie Scheepmaker-Amsterdam

E-boek Genealogie Scheepmaker-Amsterdam Versie e.8 dd. 01-01-2018 Dit e-boek is gebaseerd op de herdruk 2013 van de publicatie Scheepmaker - Amsterdam, een genealogie vanaf omstreeks 1600 tot 1994. Een aantal toevoegingen dat niet in de herdruk kon worden verwerkt en de resultaten van drie nadere onderzoeken staan in een Addendum. Het Addendum vindt u na blz. 172. In deze versie zijn de aanvullingen en correcties (tot 1994) opgenomen, die vanaf de herdruk van het boek in 2013 bekend zijn geworden. Om privacyredenen zijn gegevens verwijderd van personen geboren na 1918, tenzij hun overlijden bekend is. Bron : Stedenboek, Koninklijke Bibliotheek, Den Haag A.C. Scheepmaker en C.J.J. Wijnen SCHEEPMAKER Amsterdam EEN GENEALOGIE VANAF OMSTREEKS 1600 TOT 1994 Voorhout - Huizen Voorjaar 1994 Bij het titelblad: De scheepstimmerman. Gravure uit de serie beroepen van Jan Luyken. Voorwoord bij de vijfde versie Voorjaar 1994 verscheen in een oplaag van 80 exemplaren de eerste versie van "SCHEEPMAKER – Amsterdam". De tweede uitgave kwam uit in 1995. De belangrijkste veranderingen werden per circulaire aan de bezitters van de eerste versie doorgegeven. In deze vijfde versie zijn alle correcties en aanvullingen verwerkt, welke na de eerste versie bekend zijn geworden. Er is na blz. 172 een ADDENDUM toegevoegd. Hierin zijn enkele wijzigingen opgenomen, die niet in de herdruk konden worden verwerkt zonder de bladzijdenummering te verstoren. Ook staan in het ADDENDUM de resultaten van drie nadere onderzoeken. De einddatum van de genealogie, voorjaar 1994, is niet veranderd. Een exemplaar van de vijfde versie ligt ter inzage in het Centraal Bureau voor Genealogie in Den Haag, het Verenigingscentrum van de Nederlandse Genealogische Vereniging in Weesp, de Hollandse Vereniging voor Genealogie Ons Voorgeslacht in Delft en het Stadsarchief Amsterdam. Van dezelfde auteurs zijn inmiddels verder verschenen :  "SCHEEPMAKER – Kortenhoef" (2e versie in 2001 met een Addendum in 2010), een genealogie van een geslacht Scheepmaker, dat in Kortenhoef is ontstaan. Het aantal levende personen dat tot dit geslacht behoort werd in 1994 geschat op 400, het dubbele van dat bij het "Amsterdams" geslacht. Voor zover bekend leven er geen andere personen met de naam Scheepmaker of een variant daarvan dan degenen, die behoren tot de twee genoemde geslachten.  "SCHEEPMAKER – III" (2001), met onder meer achtergrondinformatie over het genealogisch onderzoek van de auteurs vanaf 1984. Tevens gegevens die niet konden worden ondergebracht in de genealogieën Amsterdam of Kortenhoef. Van een aantal blijkbaar uitgestorven families kon een fragmentgenealogie worden samengesteld. De auteurs zomer 2013 Alles in deze publicatie mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt, mits met vermelding van de bron en, indien van toepassing, de onder VERANTWOORDING vermelde bron[nen]. 4 INHOUD Blz. INLEIDING Een Amsterdams geslacht 6 De stamvader 6 De familienaam 6 De Scheepmaker-genealogie 7 Bronnen 7 SAMENVATTING Algemeen 9 Schematisch Overzicht van stamhouders met echtgenoten 10 Migratie 12 Geloof 15 Beroepen 15 Schematisch Overzicht van stamhouders met beroepen 16 PRE-SCHEEPMAKERPERIODE Proloog 18 Schematisch Overzicht 20 Stamreeks van de eerste Scheepmaker 21 SCHEEPMAKER-GENEALOGIE Schematisch Overzicht 30 Generatie-I 33 Generatie-II 37 Generatie-III 40 Generatie-IV 48 Generatie-V 57 Generatie-VI 72 Generatie-VII 83 Generatie-VIII 95 Generatie-IX 114 Generatie-X 135 AFKORTINGEN Plaatsnamen 149 Overige afkortingen en tekens 151 VERANTWOORDING Geraadpleegde literatuur 151 BIJLAGEN Annonces 152 Schematisch Overzicht van stamhouders met geboorteplaats, leeftijd en plaats van overlijden 158 Kaart van het centrum van Amsterdam 160 INDEX Familienamen [Scheepemaker, Scheepmaaker, Scheepmaker, Shipmaker] en namen van echtgenoten 161 ADDENDUM na 172 5 INLEIDING Een Amsterdams geslacht . In het waterrijke Holland en Zeeland van de 16e en 17e eeuw werd scheeps- bouw een belangrijke tak van nijverheid, welke ook handwerkslieden van buiten deze gewesten aantrok. Vooral Amsterdam groeide mede daardoor uit tot een vooraanstaande handels- en scheepsbouwstad, maar ook elders in het westen waren scheepswerven, welke een belangrijke bron van werkgelegenheid vormden. Het is dan ook niet verwonderlijk, dat de naam Scheepmaker, behalve in Amsterdam, ook op andere plaatsen ingang vond, met name langs de Oude Rijn, de [Hollandse] Vecht en in Beverwijk, dat nog in de tweede helft van de 19e eeuw aan de westelijke oever van het IJ lag. Er bestaan nog steeds families met deze naam, die hun oorsprong vinden in Kortenhoef. . Gedurende bijna vier eeuwen hebben leden van het geslacht Scheepmaker, dat in deze genealogie wordt behandeld, Amsterdam tot woonplaats gehad. De laatste Scheepmaker, wiens voorvaderen vanaf ongeveer 1600 onafgebroken in die stad hebben gewoond en die ook zelf sinds zijn geboorte Amsterdam zijn domicilie mocht noemen, overleed in 1975. Om hun oorsprong en verbondenheid met deze stad tot uitdrukking te brengen en tevens een onderscheid te maken tussen deze genealogie en die van andere Scheepmaker-geslachten, heeft deze publicatie de titel "SCHEEPMAKER – Amsterdam" gekregen. De stamvader . Onderzoek naar voorouders begint meestal bij de onderzoeker zelf, die via de stamreeks - vader, vader's vader, vader's grootvader, enz. - probeert de stamvader te vinden. Worden vervolgens alle nakomelingen van deze vroegste voorvader met dezelfde familienaam opgespoord, dan is er sprake van een genealogie. . De stamvader is in de regel de voorvader, waarop het spoor doodloopt, omdat niet meer kon worden vastgesteld wie zijn ouders waren. De samenstellers van deze genealogie zijn echter uitgegaan van de voorvader, die als eerste de naam Scheepmaker voerde, en hopen daarmee met recht van een Scheepmaker- genealogie te mogen spreken. . Uiteraard heeft deze stamvader - Jan Egbertsz Scheepmaker [1659-1729] - ook ouders, grootouders, enz., die in dit geheel niet mogen ontbreken. Daarom wordt in een apart hoofdstuk, Pre-Scheepmakerperiode, aan zijn voorouders via de mannelijke lijn uitvoerig aandacht besteed. De familienaam . Vóór 1811 waren familienamen nog niet officieel. Bij het noteren ervan in de kerkboeken moest de schrijver - vaak de koster - meestal afgaan op monde- linge mededeling. Het ligt voor de hand, dat hierdoor variaties in de schrijfwijze ontstonden. Ook schrijffouten speelden hierbij een rol en zo komen talrijke afgeleide vormen voor: Scheepmakers, Schepmaker, Schepemaker, Schepemakert, Schepenmaker, Scheepemaker, Scheeppemaker, Scheepenmaker, een enkele keer geschreven met ae, vaak ook met dubbel-a. . Alleen de varianten Scheepemaker en Scheepmaaker zijn bij de instelling van de Burgerlijke Stand officiëel geworden. De laatste Scheepemaker overleed in 1922, maar de naam Scheepmaaker heeft zich tot op de dag van vandaag gehandhaafd. . Nakomelingen van een naar Canada geëmigreerde Scheepmaker heten sinds ca. 1960 officieel Shipmaker. 6 . Als in het hierna volgende de naam Scheepmaker in meer algemene zin wordt gebezigd, zijn hieronder ook de leden begrepen, waarvan de familienaam anders wordt geschreven. De verschillende schrijfwijzen zijn zoveel mogelijk in de toegevoegde tekst opgenomen. De Scheepmaker-genealogie . Persoonsgegevens zijn in het gunstigste geval tot ca. 1940 in de archieven voor het publiek toegankelijk. Daarom is de Scheepmaker-genealogie tot tien generaties beperkt, waarbij ook het feit, dat de gegevens van nog levende personen aan veranderingen onderhevig zijn, een rol heeft gespeeld. . De genealogie begint met een Schematisch Overzicht [SO], waarop de genera- ties met Romeinse cijfers zijn aangegeven. Mannen met nakomelingen hebben een kleine letter - a, b, enz. -, welke in het SO achter hun geboortejaar is geplaatst. Horizontale met daarop aansluitende vertikale lijnen geven het gezinsverband aan. . Kinderen kregen in de beschrijving een nummer - 1 voor de oudste, enz. - maar ter wille van de overzichtelijkheid zijn deze nummers in het SO weggela- ten. Bij gezinnen met meer dan negen kinderen is het cijfer 10 vervangen door de letter A, het cijfer 11 door de letter B, enz. Kinderen en kleinkinderen van mannelijke Scheepmakers in generatie X zijn, voor zover bekend en de naam Scheepmaker dragend, bij de ouders genoemd. Kinderen van vrouwelijke nakomelingen, die dus niet de naam Scheepmaker hebben, zijn als regel niet vermeld. Om echter nog levende nakomelingen van een vrouwelijke Scheepmaker de gelegenheid te bieden voorouders van moeder of grootmoeder terug te vinden, zijn vanaf generatie VII de kinderen van vrouwelijke Scheepmakers waar mogelijk wel genoemd. . Kinderen van ongehuwde vrouwelijke Scheepmakers – er zijn alleen dochters gevonden - die niet zijn geëcht/erkend en dientengevolge de naam Scheepmaker dragen, worden in de toegevoegde tekst wel genoemd, maar zijn niet in deze genealogie opgenomen, omdat het hier geen nakomelingen via de mannelijke lijn betreft. . De beschrijving van een persoon wordt gegeven in gezinsverband, d.w.z., dat kinderen niet in hun eigen generatie worden beschreven, maar onder hun ouders. Bij zoons met nakomelingen wordt echter verwezen naar de volgende generatie. Bronnen . De belangrijkste bron van gegevens voor deze genealogie zijn de registers en akten van dopen, trouwen en begraven [DTB tot 1811], en van geboorte, huwelijk en overlijden [Burgerlijke Stand vanaf 1811]. . Tot omstreeks 1811 was de registratie van geboorte, huwelijk en overlijden in de eerste plaats een zaak van de kerk, die registers voor dopen, trouwen en begraven, bekend onder de afkorting DTB, bijhield. Bij huwelijken echter was, behalve de kerk, soms ook het burgerlijk bestuur betrokken. . In Amsterdam werden vanaf 1578 ondertrouwregisters aangelegd, welke vanaf 1581 in twee series zijn te verdelen. De grootste is die van de Nederduits-Gereformeerde Kerk, omdat ten tijde van de Republiek het gereformeerde huwelijk het enige kerkelijke huwelijk was, dat geldig was voor de wet. De tweede serie ondertrouwregisters bevat de inschrijvingen van de niet- gereformeerden, de zogenaamde dissenters. Aangezien de huwelijksplechtigheden van andere kerkgenootschappen geen wettelijke geldigheid hadden, gold voor niet-gereformeerden, dat, alvorens het huwelijk werd ingezegend, zij in ondertrouw moesten voor schepenen en moesten trouwen op het stadhuis. Na inschrijving in het ondertrouwregister werden de geboden drie maal gepro- clameerd vanaf de pui van het stadhuis. Deze tweede serie ondertrouw- registers heten in Amsterdam dan ook puiboeken. 7 Vanaf 6 juni 1795 vervalt het onderscheid tussen pui- en kerkintekening van de ondertrouw en werd deze voor alle gezindten tot de invoering van de Burgerlijke Stand in 1811 in één register gedaan. . Een andere bron wordt gevormd door de Bevolkingsregisters [BR], waaruit vaak waardevolle informatie werd geput. Het BR is een soort boekhouding van het komen-en-gaan van de bewoners van een bepaald pand en geeft daardoor o.a. inzicht in de samenstelling en het verhuispatroon van een gezin. De adressen en huisnummers, welke hier en daar in de toegevoegde teksten zijn vermeld, kunnen door verandering in het nummersysteem, maar ook door wijziging in de bebouwing, afwijken van de thans bestaande situatie. In Amsterdam werd de huisnummering in 1796 ingevoerd, waarbij de nummering per straat aan één zijde opliep om vervolgens aan de overzijde in een kringloop door te gaan. In 1853 werd de stad verdeeld in buurten, aangeduid met één of twee hoofdletters, en werden de huizen per buurt genummerd. Dit systeem werd in 1875 door het huidige vervangen. . Verder moet ook het Centraal Bureau voor Genealogie worden genoemd, waar met name de collectie annonces en de Stamboeken van ambtenaren en militairen N.O.I. een belangrijke bijdrage aan het onderzoek hebben geleverd. Tenslotte mogen de talrijke personen, zowel nakomelingen als aanverwanten, niet onvermeld blijven, die veelal telefonisch, soms ook schriftelijk voor gegevens hebben gezorgd, welke thans nog niet in de archieven voorhanden zijn. De samenstellers zijn hun veel dank verschuldigd. . De nadere aanduiding van de bron, bijvoorbeeld het aktenummer, is tussen haakjes vermeld. Waar een dergelijke verwijzing ontbreekt, is sprake van niet-officiële informatie, zoals brieven of gegevens, verstrekt door nog levende nakomelingen of verwanten. Deze informele inlichtingen zijn onder voorbehoud van juistheid vermeld. Dit voorbehoud geldt tevens voor gegevens, welke via Internet werden verzameld. . Door het verschil in de wijze, waarop gegevens werden verkregen, is niet alleen de kwaliteit van de informatie in de toegevoegde teksten soms sterk wisselend, maar ook de hoeveelheid. Waarschijnlijk zal hierbij ook subjectieve selectie een rol hebben gespeeld. 8 SAMENVATTING Algemeen . Aangetrokken door de groeiende welvaart aan het eind van de 16e eeuw, kwamen vele tienduizenden werkzoekenden naar Amsterdam. Onder hen bevond zich ene Evert, die zich waarschijnlijk Hermansz of Helmasz noemde en van beroep houtzager was. Omstreeks 1600 trok hij met zijn vrouw Anna Albers en kinderen weg uit Harderwijk en vestigde zich in Amsterdam. . Van Evert en Anna is niet veel meer dan hun naam bekend, maar van hun zoon Jan zijn wel enkele gegevens gevonden: geboren ca. 1595 in Harderwijk en in 1627 in Amsterdam getrouwd met Sara Harmans uit Kampen, zijn tweede echtgeno- te. Hij is dan van beroep kuiper. . Van Egbert, één van de kinderen van Jan en Sara en geboren omstreeks 1632, wordt als hij in 1658 in ondertrouw gaat met Annetje Claes vermeld, dat hij timmergezel is. . De familienaam Scheepmaker komt voor het eerst voor in 1688, als Jan Egbertsz [1659-1729], het eerste kind van Egbert Jansz en Annetje Claes, in ondertrouw gaat met Geertruij Grevenraedt. Door dit huwelijk wordt hij tevens poorter van Amsterdam: de eerste poorter in de familie Scheepmaker. . Het lijdt geen twijfel, dat die naam verband moet houden met het bouwen of repareren van schepen. De aanleiding voor Jan Egbertsz, de naam Scheepmaker te voeren, kan echter niet zijn eigen beroep zijn geweest, want hij was varensman, later zalmkoper. Maar de beroepen van zijn voorvaders maken het toch wel aannemelijk, dat Jan Egbertsz zich sterk betrokken voelde bij de scheepsbouw. Misschien was zijn vader later timmerman op een scheepswerf. . Jan was overigens niet het enige kind in het gezin van Egbert en Annetje, dat de naam Scheepmaker heeft aangenomen, want ook twee dochters hebben deze naam gevoerd. Is er familieberaad over dit onderwerp gehouden? . Egbertus Scheepmaker [1688], het eerste kind van Jan en Geertruij, zorgt voor het eerste "uitwaaieren" van de stamboom. Uit zijn huwelijk met Maria Lubbers worden vier dochters en vijf zoons geboren en vier van deze vijf zoons krijgen nakomelingen. Jan [1711] spant de kroon, want acht generaties later worden maar liefst 81 Scheepmakers geboren. Van Abraham [1719] zijn na vier generaties geen nakomelingen meer bekend. Jacobus [1721] krijgt acht generaties later nog 12 nakomelingen, terwijl dan van Claas [1723] slechts één Scheepmaker wordt geboren. Hieraan kan nog worden toegevoegd, dat van twee mannelijke nakomelingen van Jacobus [1721] in generatie V en VI geen vervolg is gevonden. Hetzelfde geldt voor twee mannelijke nazaten van Claas [1723] in generatie IV. Aantallen nakomelingen met de naam Scheepmaker t/m generatie XI: Generatie I : 4 " II : 7 " III : 9 " IV : 19 " V : 30 " VI : 30 " VII : 30 " VIII: 43 " IX : 84 " X : 79 " XI : 94 Totaal : 429 [exclusief levenloos geboren kinderen] Het aantal thans nog levende nakomelingen van Jan Egbertsz Scheepmaker met die familienaam of een variant ervan bedraagt 205, waarvan 65 buiten Nederland. 9

Description:
Egbert 4 jaar later hertrouwt met de weduwe van Abraham Kroese , woont hij dienst als soldaat bij het Instructie Bataillon van de Nationale Militie.
See more

The list of books you might like

Most books are stored in the elastic cloud where traffic is expensive. For this reason, we have a limit on daily download.