paniek in de Antwerpse metro. Een harde knal, iedereen vlucht, een lijk blijft achter. De speurders Carpentier en Dewit krijgen het onderzoek toegewezen. Of wordt het hun in de maag gesplitst? De identiteit van de dode, een extreem rechtse advocaat, suggereert namelijk een politieke moord. De media ruiken een nieuw schandaal, de magistratuur is bang zich de vingers te branden en uiterst rechts marcheert en zwaait met vendels, ook binnen het politiekorps.
Via Felicien Tshilembe, voormalig lid van Mobutu's geheime dienst, vinden de speurders de weg naar achtereenvolgens de diamantmijnen van Kasai en de grootste diamantroof aller tijden, door de nazi's gepleegd in Antwerpen. Als ook Tshilembe op een gewelddadige manier de dood vindt, met in zijn hand een spuitbus vol pestbacillen, ziet Carpentier Belgie al in de verstikkende greep van de Zwarte dood.
Piet Teigeler (1936) lanceerde in 1995 het Antwerpse speurdersduo Carpentier en Dewit. Carpentier is een goedhartige mopperkont, Dewit is van Nederlandse afkomst en vastbestloten in Antwerpen carriere te maken. Met De zwarte Dood schreef Teigeler een nieuw goed gedocumenteerde thriller, vol humor, actie en vaart.
Uit de pers:
"De geur van God. Spanning gewaarborgd.'(Het laatste Nieuws)
"Een dode op Sint-Anneke is een vlotte misdaadroman met een scherpe kijk op Antwerpen en een knap psychologisch inzicht." (Het Nieuwblad)
"Met De koningin van de Vogelenmarkt is dood! heeft Piet Teigeler weer een knap en meeslepend verhaal geschreven." (De Morgen)
"Met Drie Dode Meesters lost Teigeler de belofte van goed misdaadboek in." (Vrij Nederland)
"Piet Teigeler bereikt top politieromans." (Haagse Courant)
NBD|Biblion recensie
Een ultra-rechtse advocaat wordt in de Antwerpse Pre-metro vermoord door een lid van de geheime dienst van ex-dictator Mobutu. Speurwerk wijst op een gigantische diamantroof in de Tweede Wereldoorlog en een afrekening in fascistische hoek. Carpentier, de Antwerpenaar, en de uit Holland afkomstige Dewit moeten de zaak oplossen terwijl ze geplaagd worden door privé-problemen en door tegenwerking van hoofdcommissarissen en rechters van instructie en geen medewerking krijgen van de inlichtingendienst. Maar de hardste noot die zij moeten kraken is de weduwe van de vermoorde man, een soort weduwe Rost van Tonningen. Dit is de zesde roman met Carpentier en Dewit en de schrijver is opnieuw goed op dreef. Kneuterigheid contra visie, volkse humor tegenover dikdoenerige stijfheid. Teigeler creëert weer een heerlijke Antwerpse sfeer, heeft een ingewikkeld en goed gedocumenteerd plot en weet het geheel tot een goede ontknoping te brengen. Kleine druk.
(Biblion recensie, G.P. Schuring)
(source: Bol.com)