Op een avond wil Francesco Soria, een musicus, naar Rome bellen. Wanneer hij de hoorn opneemt, valt hij in een gesprek tussen een vrouw en haar geliefde. Hij hoort alleen de vrouw, die nog een laatste afspraak wil 'bij die grote houten brug'. Op de achtergrond blaft een hond. Haar stem fascineert hem. Even later hoort hij dezelfde hond weer, buiten. Hij kijkt door het raam en ziet een slanke vrouw met een hond in de schemering langs de kade lopen.
Hij gaat haar achterna en leert haar kennen. Zij is Frederika, minnares van Andrea dal Fumo, een niet onbesproken graaf met vele vriendinnen. Deze Andrea wordt enkele dagen later dood in zijn huis gevonden, neergeschoten. Francesco vermoedt dat dit de uitkomst is van Frederika's laatste afspraak. En de politie weet het wel zeker. Maar in Venetië zijn de dingen niet altijd wat ze lijken.