Braziliaans rood vertelt over de tot mislukken gedoemde expeditie van Nicolas Durand de Villegagnon, Maltees ridder en vice-admiraal van Bretagne, naar het al eerder door de Portugezen ontdekte Brazilië, waar hij in 1556 op een eilandje voor de kust van het latere Rio de Janeiro de kolonie 'France Antarctique' sticht.
De kolonie zal slechts enkele jaren standhouden en uiteindelijk te gronde gaan aan godsdiensttwisten, waarna het eiland wordt ingelijfd door de Portugezen.
Tegen deze historische achtergrond vertelt Rufin het verhaal van twee weeskinderen, Just en Colomb, die worden ingescheept om in Brazilië als tolk te fungeren, vanuit het idee dat kinderen moeiteloos een vreemde taal kunnen leren. Tijdens het verblijf van deze kinderen vindt de botsing plaats tussen twee culturen en de verschillen in opvatting over natuur, religie en politiek.
(source: Bol.com)