ebook img

Alles is taal geworden. Geschiedenis van de Nederlandse literatuur 1800-1900 PDF

965 Pages·2016·16.56 MB·Dutch
Save to my drive
Quick download
Download
Most books are stored in the elastic cloud where traffic is expensive. For this reason, we have a limit on daily download.

Preview Alles is taal geworden. Geschiedenis van de Nederlandse literatuur 1800-1900

Alles is taal geworden. Geschiedenis van de Nederlandse literatuur 1800-1900 Willem van den Berg en Piet Couttenier bron WillemvandenBergenPietCouttenier,Allesistaalgeworden.GeschiedenisvandeNederlandse literatuur1800-1900. Bert Bakker, Amsterdam 2016 (2de druk) Zie voor verantwoording: https://www.dbnl.org/tekst/berg018alle02_01/colofon.php Letop:werkendiekorterdan140jaargeledenverschenenzijn,kunnenauteursrechtelijkbeschermd zijn. 11 Vooraf MetditboekbeogenwijdeNederlandseliteratuurvandenegentiendeeeuwzoveel mogelijkvanuithetperspectiefvandietijdtebeschrijvenenteevalueren.Wetrachten de negentiende-eeuwse letterkunde tot haar recht te doen komen door de teksten inzichtelijk te maken tegen de achtergrond van de toen geldende en latere opvattingen over literatuur. Die opstelling houdt in dat we ons distantiëren van de gebruikelijkeneerbuigendehoudingdielezersenonderzoekerstotinzeerrecente overzichten hebben aangenomen ten opzichte van de toenmalige literaire cultuur ensmaak.Vanhetoverheersendeideedatdeletterkundevandenegentiendeeeuw slechts een weinig overtuigende aanloop vormt tot de ‘volwaardige’ literatuur die met de Tachtigers en de Van Nu en Straksers tot ontwikkeling kwam, wordt hier afstand genomen. We schenken daarom ruim aandacht aan specifieke eigenaardigheden van het toenmalige literaire veld. Het bevat een hoge graad aan ‘sociabiliteit’:veel teksten kwamen tot stand in de context van verenigingen en genootschappen en dragen desporenvandiemondelingevoordracht.Deletterkundevandenegentiendeeeuw bestreek een ruim gebied, van de privésfeer tot de publieke sector. Literatuur had vaakeenduidelijkefunctieinhetopenbareleven,zowelopcultureel,alsopsociaal, als op politiek terrein. De literaire verbeelding gaf vorm aan meningen, houdingen en waarden. Zij nam geregeld het voortouw bij het beschavingsoffensief,de collectieve identiteitsvorming en de morele opvoeding. Het is ook dankzij deze functioneleopvattingvanliteratuurdatauteursinhoogaanzienstonden.Schrijvers enintellectuelengebruiktenindieperiodedetaalvaakalsbouw-enhoeksteenter realisering van een eigen nationale literatuur. Het was ook de taal die in de letterkundeNoordenZuiddichterbijelkaarbracht,althansindeoptiekvanschrijvers dieeenGroot-Nederlandsenatievoorogenhadden.Paradoxaalgenoegzorgdede taalookvoorverwijdering.ZohanteerdensommigeVlamingenhuntaalalsargument omzichvanhetNoordentedistantiëren.NoordenZuidvormdenindenegentiende eeuw polen in een spanningsveld. Schrijvers in Noord en Zuid bleven WillemvandenBergenPietCouttenier,Allesistaalgeworden.GeschiedenisvandeNederlandseliteratuur1800-1900 12 onophoudelijkoproepentotverbroedering,maarzezettenzichooktegenelkaaraf. Veel waarde werd er in deze eeuw gehecht aan de communicatieve betekenis van de literatuur: overheersend is een literatuuropvattingdie een mondelinge overdrachtprivilegieert.Indatkaderwordthetliterairemediumhooggewaardeerd. Er is een sterk geloof in de kracht van het woord. Literatuur is tot veel in staat, zo dacht men. Zij zou een troostende en heilzame invloed hebben en kunnen doordringenineenonbekende,mysterieuzewereldengroepeninbewegingbrengen. De individuele schrijver is voor het bevatten van wat hem innerlijk roert en uiterlijk raakt, aangewezen op de creativiteit van de taal. De dichter droomt zich een taal die alles vermag en wil anderen daarvan op de hoogte stellen. Multatuli zei het als geen ander: ik wil gelezen worden. De drang tot communicatie doet het domein van de literatuur bijna onafzienbaar uitdijen.Indatprocesgroeitlangzamerhandookdeafstandtussenauteurenpubliek. Waar de meesten er nog in slagen hun lezers te bereiken, trekken sommigen zich terug in hun eigen taalwereld. De schrijver is dan gedoemd tot isolement en stuurt zijn berichten in het onbekende of nog slechts aan een enkele intimus. Dat is de paradoxvandeEuropeseliteratuuruitdietijd:bijgebrekaaneensleutelwaarmee dedichterhetgeheimvanhetbestaanvolgenseenvastsysteemvanbetekenissen encorrespondentieskandecoderen,ishijopdeeigentaalaangewezenomdekloof teoverbruggentussenmaterieenidee,oftussennatuurenmens,eenonderneming die het beoogde doel telkens mist. ‘Krankgeboornen’ noemde Gezelle in 1862 zijn gedichten, vervuld als hij was van een verlangen naar een ultieme scheppende kracht, maar keer op keer geconfronteerd met het falen van de poëet. ‘...allesistaalgeworden!’schreefMultatuliineenvanzijnIdeën.Wehebbendie uitspraak als titel van ons boek gekozen, omdat zij in een notendop de hierboven aangeduide eigenaardigheden en veranderingen typeert. In deze literatuurgeschiedenis besteden we ook aandacht aan de reputatie van werkenenschrijversinlatereperioden.Sommigeauteurswetenzichtehandhaven enverkrijgenzoeencanoniekestatus,anderenvallendoordemandvaneennieuwe generatielezersenverdwijnenindevergetelheid;eenenkelingzakttijdelijkweguit hetliterairegeheugenomlaterherontdektteworden.Desitueringvanschrijversin huneigencontext,gevolgddooreensummierverslagvanlaterereceptie,impliceert datweernaargestreefdhebbenzoveelmogelijkonseigenparti-prisbuitenditboek te houden. Zoveel mogelijk, want we kunnen niet ontkennen dat in bepaalde formuleringen en de ruimte die we aan bepaalde auteurs geven, of het weglaten van andere, onze eigen waardering doorklinkt. WillemvandenBergenPietCouttenier,Allesistaalgeworden.GeschiedenisvandeNederlandseliteratuur1800-1900 13 De hierboven aangestipte complexiteit van nadering en afstoting tussen Noord en Zuid binnen de Nederlandse literatuur hebben wij in ons boek ruime aandacht gegeven. Om zowel de overeenkomsten als de verschillen tussen Noord en Zuid recht te doen kozen we voor een presentatie van het materiaal naar genres. Ook alwerdendestukkenoverNoordenZuidafzonderlijkgeschreven,tochwerdenze parallel opgebouwd en op elkaar afgestemd. De inleidende hoofdstukken die voorafgaan aan de drie grote perioden waarin wij de negentiende eeuw segmenteerden en de epiloog, die speciaal ingaan op de verhoudingen tussen Noord en Zuid, schreven wij samen. Dat geldt ook voor de algemene inleiding, die zichvooralrichtopexterneeninstitutioneleaspectenvandeNederlandseliteratuur van de negentiende eeuw. Ondanks de parallelle benadering getuigt dit boek van meerstemmigheid. We haddentemakenmetderealiteitvaninfeitetweezichparallelontwikkelende,maar toch verschillende literaire systemen in beide landen. Alleen al in de benamingen van bijvoorbeeld de Nederlandse literatuur in het Zuiden manifesteert zich het onderscheid. Zij heette nu eens ‘Zuid-Nederlands’, dan weer ‘Nederduits’, ‘Vlaams-Belgisch’of‘Vlaams’.Dithadtemakenmetdesnelwisselendestaatkundige, politieke en culturele buitenliteraire factoren die mede het karakter en de evolutie vandeliteratuurinhetZuidenhebbenbepaald.Literatuurwasnauwverwevenmet de natievorming, de verdediging van elementaire taalrechten, de literaire alfabetisering en de ethische normering. Daarmee werden aan de literatuur in het Zuiden welomschreven functies verleend. Toch manifesteert zich daar ook al vóór 1880 een duidelijke interesse voor het artistieke gehalte van die literatuur, wat de literatorenertoeheeftaangezetomopzoektegaannaareenbruikbaarevenwicht. VoordiespecifiekesamenhangdiendeinhetgedeeltedatoverhetZuidenhandelt de nodige tekst en uitleg te worden gegeven. Voor het gehele zuidelijke gedeelte isoverigensveelnieuwmateriaalaangebracht.InhetNoordenhebbencontextuele factoren weliswaar evenzeer de ontwikkeling van de literatuur bepaald, maar toch minder nadrukkelijk. Op zoek naar een eigen nationale identiteit streefde men er vooralnaardeliteratuureeneigengezichtteverlenen.Indepraktijkkwamdatveelal neer op een afscherming van de eigen letterkunde tegenover het buitenland. Die inkapseling,doorvelenaangehangenendooreenenkelingbetreurd,hadtotgevolg dat vernieuwende internationale impulsen niet of vertraagd de literatuur in het Noorden hebben bereikt. De negentiende eeuw is in deze literatuurgeschiedenis verdeeld in drie perioden: 1800-1830, 1830-1860 en 1860-1900. Het zijn ruime, globale cesuren, maar niet geheel arbitrair. Het is een indeling die redelijk recht doet aan het voornaamste criterium dat ons bij het schrijven van deze literatuurgeschiedenis voor ogen WillemvandenBergenPietCouttenier,Allesistaalgeworden.GeschiedenisvandeNederlandseliteratuur1800-1900 14 stond: de literatuur van de negentiende eeuw genregewijs te presenteren. In het tijdsbestek van honderd jaar is bij literaturen op zoek naar een eigen identiteit nu eens het ene en dan weer het andere genre favoriet. Sommige genres rukken op naar het centrum, andere wijken naar de periferie. Die gedeeltelijke wisseling van dewachtwordtmetenigesimplificeringgelegitimeerddoorhetonderscheidenvan eendrietaltijdvakken.ZoisinNoordenZuidinheteerstetijdvakdepoëzieinhaar verschillende verschijningsvormen het meest beoefende en gewaardeerde genre. IndetweedeperiodegaatinhetNoordenhetproza(dehistorischeromanenhet essay)hetwinnenvandepoëzieenookdeliterairekritiekwordtdanvolwassen.In Vlaanderen krijgt in die periode voor het eerst een nationaal Vlaams-Belgische literatuurgestalte,ondersteunddooreennieuwliterairinstitutioneelapparaat(zoals verenigingen, tijdschriften,uitgeverijen enzovoort), een ontwikkeling die in het Noorden al in de eerste periode haar beslag had gekregen. Naast de poëzie komt inVlaanderendanookderomanopzetten.Hetprozawordtdaarfunctioneelingezet ten behoeve van de eisen en doelstellingen van de nieuwe Vlaamse literatuur. Indederdeperiodeisereenveelvoudvanontwikkelingenwaartenemen.Inhet Noorden wijkt de historische roman voor de realistische, de zedenkundige en later voor de naturalistische roman. Ook de novelle is dan in opmars. De poëzie wordt aanvankelijk gedomineerd door de dominee-dichters, terwijl in de laatste twee decennia de Tachtigers, die radicaal afstand nemen van hun voorgangers, het literaire veld gaan domineren. In het Zuiden krijgt na 1860 de Vlaamse literatuur definitief haar beslag. Ook daar komt de realistische roman in de gratie, terwijl nieuwe genres als de novelle en het essay in zwang raken. Kenmerkend is voorts eenalgemeenpolitiseringprocesvanhetcultureleleven,waarbijlatenteideologische spanningen aan de oppervlakte komen. Tegen het einde van de eeuw komt die politisering dan wel koppeling van de literatuur aan extraliteraire doelen in conflict meteentendensomaandeliteratuurmeerautonomieteverlenen.Opvallendisin diedecenniaookdeheroplevingvandepoëzie.Na1880iserinVlaanderensprake van een meer open integratie van nieuwe, moderne literaire modellen uit het buitenland. In tegenstelling tot wat in voorafgaande literatuurgeschiedenissengebruikelijk was, worden in deze literatuurgeschiedenis de grenzen getrokken bij de ronde jaartallen 1800 en 1900. Dat is niet geheel onproblematisch. Rond 1800 hebben sommige auteurs immers al een half schrijversleven achter zich, terwijl rond 1900 een aantal dichters en schrijvers nog aan het begin van hun carrière staan en hun voornaamstewerkindetwintigsteeeuwzullenpubliceren.Inoverlegmetdeauteurs van de aanpalende literatuurgeschiedenissenhanteren wij in die gevallen het zogenaamde ‘zwaluwstaarten’-model:de negentiende- WillemvandenBergenPietCouttenier,Allesistaalgeworden.GeschiedenisvandeNederlandseliteratuur1800-1900 15 eeuwse publicaties van Kinker, Feith en Bilderdijk komen in deze literatuurgeschiedenisaanbod,terwijlhettwintigste-eeuwseoeuvrevanbijvoorbeeld Emants,VanEeden,VanDeyssel,Couperus,BuysseenStreuvelsinhetvolgende deel wordt behandeld. Aparte toelichting behoeft ook de beslissing om de negentiende eeuw niet te beëindigenmetdeopkomstvandeTachtigers.VoorhetNoordengoldalsoverweging dat in onze optiek de Tachtigers toch minder een breuk vormden met de voorafgaandeliteratuur,omdatzijinfeiteheeltraditioneelvanstartzijngegaandoor zich te verenigen in een typisch negentiende-eeuws genootschap alsFlanor, dat beschouwd kan worden als een uitloper van de specifiek negentiende-eeuwse omgang met de literatuur in genootschappelijk verband. Als zodanig past de BewegingvanTachtigaanvankelijkgeheelinwatindezeliteratuurgeschiedenisals nieuwgezichtspuntwordtbeklemtoond,namelijkdatmetnameinhetNoordenhet beoefenenvandeliteratuurendientengevolgeookdeliteratuurzelfinsterkemate geaccentueerd was door de genootschappelijke organisatie van de letterkunde. Wat het Zuiden betreft wordt de externe geschiedenis vanVanNuenStraksin dit deel behandeld. Die beweging vervult een brugfunctie. Als eindpunt maakt zij een volwaardig deel uit van de negentiende eeuw. Het debuut van Cyriel Buysse en het Vlaamse naturalisme komen eveneens in dit deel aan de orde. Het symbolisme en daarbinnen de figuur van Karel van de Woestijne daarentegen worden in het volgende deel behandeld. Hetzaldelezerverderopvallendatweruimciteren.Wedoendatindeovertuiging dat beter dan welk commentaar ook het citaat een schrijver, stijl of smaak typeert. Inhetbestegevalnodigtonswerkuitomdeaangehaaldetekstenopnieuwtelezen. Deze literatuurgeschiedenis biedt een momentopname en brengt in kaart hoe, medeopgrondvanrecentonderzoekvanvelen,wijbeidenonseenbeeldhebben gevormd van de Nederlandse literatuur van de negentiende eeuw. We maken ons geen illusies over de houdbaarheid van onze visie. Discussie over dit boek en veranderendeinvalshoekenzullentezijnertijdomeennieuweliteratuurgeschiedenis vragen. En zo hoort het ook. Wijbeidenzijnalleenverantwoordelijkvoordezeliteratuurgeschiedenis.Wijmochten onsechtergesteundwetendoordehoofdredactieendeRaadvanAdvies,dieons bij diverse gelegenheden hun opbouwende kritiek niet onthielden. Ook anderen wisten ons met hun kennis van de negentiende-eeuwse letterkunde en cultuur te behoedenvooraltegroteuitglijdersenomissies.Erkentelijkzijnwijvoordefinanciële ondersteuningvandeNederlandseTaalunie,diedevrijstellingvanleeropdrachten mogelijk maakte. Dat geldt ook voor WillemvandenBergenPietCouttenier,Allesistaalgeworden.GeschiedenisvandeNederlandseliteratuur1800-1900 16 hetbestuurvandeFaculteitLetterenenWijsbegeertevandeUniversiteitAntwerpen, de Faculteit Letteren van de Katholieke Universiteit Leuven en de Faculteit der Geesteswetenschappenvan de Universiteit van Amsterdam. Voor alle genoemde instanties en ongenoemde personen past hier een welgemeend woord van dank. Willem van den Berg, verantwoordelijk voor het Noorden Piet Couttenier, verantwoordelijk voor het Zuiden WillemvandenBergenPietCouttenier,Allesistaalgeworden.GeschiedenisvandeNederlandseliteratuur1800-1900 17 1 De literatuur van de negentiende eeuw: inleidingaant. WillemvandenBergenPietCouttenier,Allesistaalgeworden.GeschiedenisvandeNederlandseliteratuur1800-1900 18 Eenvolk,datnooiteeneigendenkbeeldvertegenwoordigdheeft[...]nooit iets anders heeft gedaan als navolgen en achteraan komen, - zulk een volk,datspreekt,heeftgeenelitteratuurdiehetdemoeitewaardzouzijn te boek te stellen; en men rigt dan ook bij u standbeelden op voor letterkundige grootheden wier werken zoo weinig gehalte bezitten, dat wie beproeven wil, ze in eene beschaafde taal over te brengen, het er stelselmatig op aflegt. Deze laatdunkende karakterisering van de Nederlandse letterkunde legt Conrad Busken Huet, de belangrijkste en meest gevreesde negentiende-eeuwse criticus, dokter Ruardi in de mond, personage in zijn romanLidewyde(1868). Daarmee maakt hij deze fictionele figuur tot spreekbuis van zijn eigen onvrede met het peil van de Nederlandse letterkunde in het algemeen en die van de negentiende eeuw inhetbijzonder.BuskenHuetisnietdeenigediemoeiteheeftmetdecontemporaine literatuur.Opdebeursvandeliterairewaarderingstonddezebijeenkritischegeest zoalsEverhardusJohannesPotgieterooklaaggenoteerd.Devernieuwingsbeweging uitdelaatstedecenniavandenegentiendeeeuw,diebekendwerdalsdeBeweging van Tachtig, scherpte, deels uit zelfprofilering, dit negatieve beeld verder aan. Dat Tachtigersperspectiefwerd ten slotte vrij klakkeloos overgenomen door de literatuurhistorie.Hetwerdusanceindeliteratuuroverzichtendenegentiendeeeuw aftedoenalseentijdvakvanmiddelmatigheidengezapigheid,datwerdgedomineerd door dominee-dichters en schoolmeesters. Pas in de laatste decennia van de twintigsteeeuwgroeithetbesefhoeonrechtvaardighetisdenegentiende-eeuwse letterkunde door een na-tachtiger bril te bezien en gaat men ertoe over dat tijdvak tebeschouwenalseenperiodesuigenerisdieerrechtopheeftbegrepenteworden aan de hand van de toen geldende literaire normen en tegen de achtergrond van defundamenteleveranderingendiezichoppolitiek,economischencultureelterrein in de negentiende eeuw voltrokken. Los daarvan is het inzicht gegroeid dat de negentiende eeuw wel degelijk zijn literaire toppers heeft gehad; om er slechts enkelen te noemen: de veelzijdige dichter Willem Bilderdijk, de romancière Anna Louisa Geertruida (Bosboom-)Toussaint,een eersteklas essayist als Jacob Geel, de begaafde lyricus Guido Gezelle, de even gevreesde als scherpzinnige criticus Busken Huet en niet te vergeten Multatuli (Eduard Douwes Dekker), nog in de eenentwintigsteeeuwaangewezenalsdegrootsteschrijverdieNederlandooitheeft voortgebracht.Erisdusgeenenkeleredenommeewarigtedoenoverdeletterkunde van de negentiende eeuw. Dat het voor een goed begrip van die teksten nodig is niet louter esthetische maatstaven aan te leggen, geldt zeker voor de Nederlandstalige literatuur die na 1830 in Vlaams-België is ontstaan. Daar evolueerde de literatuur van aangenaam en edel tijdverdrijf voor enkelen, volledig in de lijn van de achttiende WillemvandenBergenPietCouttenier,Allesistaalgeworden.GeschiedenisvandeNederlandseliteratuur1800-1900 19 eeuw,naareenzaakdiedegehelegemeenschapaanging.Daarbijwerddeopinie algemeen dat vóór alles moest worden gezorgd voor een heel nieuwe literatuur in de eigen volkstaal als alternatief voor de dominantie van de als vreemd ervaren Franse cultuur in België. Wie zich wilde toeleggen op die nieuwe ‘Nederduitse’ of ‘Vlaamse’ letterkunde, had in de eerste plaats zending te bedrijven, namelijk het verdedigen van het recht op een eigen taal, de intellectuele ontwikkeling en de culturele emancipatie van het Vlaamse volk. Dat kwam boven aan de ladder van deliterairehiërarchietestaan.Indienaandiehoofdeiswasvoldaan,wasdeliteraire kritiek zelfs bereid tot gematigdheid. Harde kritiek daarentegen kregen auteurs te verduren die tornden aan de fundamenten van de nationale letterkunde, zoals de conventies over strekking, zedelijkheid en taalgebruik. Puur artistieke maatstaven en wedijver met grote literaire voorbeelden uit het buitenland waren van ondergeschikt belang. Indiefasevanidealistischeopbouwenliterairealfabetiseringkondenliteratoren in een golf van enthousiasme zich de publieke rol van pionier, cultuurdrager en profeetaanmeten.Eenmogelijkzakelijkbelangwerdondergeschiktgeacht.Hij-in veelminderemategaathetomeenzij-wasimmershetuitverkorenindividudatde idealen van een gemeenschap verbeeldde en hiervoor de nodige offers bracht. Velenwarenhiertoegeroepen.Debestenonderhen,schrijversmettalent,dienden wel een balans te vinden tussen didactiek en kunstenaarschap, een voor die tijd typische en boeiende evenwichtsoefening die tot op heden te weinig is opgemerkt enonderzocht.Zemoestenzichsociaaldienstbaaropstellenvoordegemeenschap en zich tegelijkertijd artistiek profileren als schrijvers met een eigen, herkenbare stijl.Zijwareneensoortgobetweentusseneenongeletterdpubliekenhetcenakel van kenners en critici van wie zij afhankelijk waren voor literaire erkenning. Pieter Frans van Kerckhoven sprak in 1848 (in het voorwoord van zijn romanZielen lichaem)overdemoeilijkeplichtvandevaderlandseschrijverdiedezeschakelfunctie moest vervullen. Van die dubbelzinnige rol hebben estheten zich ook in Vlaanderen tijdens het laatstekwartvandenegentiendeeeuwgedistantieerd.Zijwildenzondercompromis de literatuur beoefenen om de literatuur zelf, los van elke opdracht of bevoogding. Zijveegdendaaromallesvantafelwataanvoorafgaandeletterbeoefeningherinnerde -openkelevoorlopersenuitzonderingenna-ensteldendievooralseenvoorstadium van de volwaardige schone letteren die zij wensten te introduceren. Dit heeft de zuidelijke literatuur van de negentiende eeuw in diskrediet gebracht en lange tijd beletdatmenooghadvoorhetheeleigenkarakterervan.Sommigeperioden,zoals dievan1800tot1830,werdenzelfsnieteensdenodigeaandachtwaardiggeacht, alsof er toen op literair gebied niets noemenswaardigs was gebeurd. WillemvandenBergenPietCouttenier,Allesistaalgeworden.GeschiedenisvandeNederlandseliteratuur1800-1900

See more

The list of books you might like

Most books are stored in the elastic cloud where traffic is expensive. For this reason, we have a limit on daily download.