2006 no. 22 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA RIJKSWET van 1 december 2005 tot goedkeuring en uitvoering van het op 15 mei 2003 to Straatsburg tot stand gekomen Protocol tot wijziging van het Europees Ver- drag tot bestrijding van terrorisme (Trb. 2003, 133). Uitgegeven, 31 mei 2006 De minister van Justitie, H.R. Croes Pagina 2(cid:9) Afkondigingsblad van Aruba 2006 no. 22 Rijkswet van 1 december 2005 tot goedkeuring en uitvoering van het op 15 mei 2003 te Straatsburg tot stand gekomen Protocol tot wijziging van het Europees Verdrag tot bestrijding van terrorisme (Trb. 2003, 133) Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje- Nassau, enz. enz. enz. Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten: Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het op 15 mei 2003 te Straats- burg tot stand gekomen Protocol tot wijziging van het Europees Verdrag tot bestrij- ding van terrorisme ingevolge artikel 91, eerste lid, van de Grondwet de goedkeuring van de Staten-Generaal behoeft alvorens het Koninkrijk daaraan kan worden gebo- den, en dat in verband daarmee enkele bepalingen van de Uitleveringswet en het Wetboek van Strafvordering wijziging behoeven; Zo is het, dat Wij, de Raad van State van het Koninkrijk gehoord, en met ge- meen overleg der Staten-Generaal, de bepalingen van het Statuut voor het Koninkrijk in acht genomen zijnde, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: Artikel 1 Het op 15 mei 2003 te Straatsburg tot stand gekomen Protocol tot wijziging van het Europees Verdrag tot bestrijding van terrorisme, waarvan de Engelse en Franse tekst zijn geplaatst in Tractatenblad 2003, 133 en de Nederlandse vertaling in Tractatenblad 2004, 112, wordt goedgekeurd voor het gehele Koninkrijk. Artikel 2 Goedgekeurd wordt dat bij de binding van het Koninkrijk aan het in artikel 1 genoemde Protocol voor het gehele Koninkrijk het volgende voorbehoud wordt ge- maakt: Met inachtneming van artikel 16, vijfde lid, van het Europees Verdrag tot be- strijding van terrorisme, behoudt de Regering van het Koninkrijk der Nederlanden zich het recht voor uitlevering te weigeren voor elk strafbaar feit bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder a) tot en het h), en artikel 1, tweede lid, voor zover betrekking heb- bend op strafbare feiten bedoeld in het eerste lid, onder a) tot en met h) van het Ver- drag, dat wordt beschouwd als politiek delict of daarmee samenhangend feit. Artikel 3 De Uitleveringswet wordt als volgt gewijzigd: Pagina 3(cid:9) Afkondigingsblad van Aruba 2006 no. 22 In artikel 11, derde lid, wordt na de zinsnede "Europees Verdrag tot bestrijding van terrorisme (Trb. 1977,63)" toegevoegd:, zoals gewijzigd door het Protocol tot wijziging van het Europees Verdrag tot bestrijding van terrorisme (Trb. 2003, 133). Artikel 4 Het Wetboek van Strafvordering van Nederland wordt als volgt gewijzigd: In de artikelen 552m, tweede lid, en 552hh, tweede lid, wordt na de zinsnede "Europees Verdrag tot bestrijding van terrorisme (Trb. 1997, 63)" telkens toege- voegd:, zoals gewijzigd door het Protocol tot wijziging van het Europees Verdrag tot bestrijding van terrorisme (Trb. 2003, 133). Artikel 5 De artikelen van deze rijkswet reden in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tij dstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschil- lend kan worden vastgesteld. Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad, in het Publicatieblad van de Ne- derlandse Antillen en in het Afkondigingsblad van Aruba zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauw- keurige uitvoering de hand zullen houden. Gegevens te 's-Gravenhage, 1 december 2005 Beatrix De Minister van Justitie, J. P. H. Donner De Minister van Buitenlandse Zaken, B.R. Bot Uitgegeven de viilliende december 2006 De Minister van Justitie, J. P. H. Donner