Table Of Content

************************* AB 1988 no. 106 *CENTRAAL WETTENREGISTER* 18 september 2013 ************************* ===================================================================== Intitulé : MINISTERIELE REGELING ter uitvoering van de artikelen 2, tweede lid, 3, eerste lid, en 4, eerste lid van het Landsbesluit kleding, bewapening en overige uitrusting politiepersoneel (AB 1988 no 63) Citeertitel: Regeling kleding en uitrusting politiepersoneel Vindplaats : AB 1988 no. 106 Wijzigingen: AB 1991 nos. 24, 83, 125 ===================================================================== Artikel 1 Voor de toepassing van het bij deze regeling bepaalde wordt ver- staan onder: de Minister : de minister van Justitie en Publieke Werken. het Korps : het Korps Politie Aruba; de korpschef : de ambtenaar belast met de dagelijkse leiding van het Korps Politie Aruba; politieambtenaar : de ambtenaar aangesteld in een rang als bedoeld in het Bezoldigingsbesluit politie; immigratieambtenaar : de ambtenaar, bij het Korps ingedeeld en belast met inklaringswerkzaamheden op de lucht- haven of in het havengebied; burgerpersoneel : het personeel, bij het Korps ingedeeld, niet werkzaam als politie- of immigratieambtenaar, dat in een functie geuniformeerd of in bijzondere kleding dienst doet; politiepersoneel : de politie- en immigratieambtenaar en het burgerpersoneel; dienstkleding inven- : goederen, in eigendom verstrekt; tarisgoed : goederen, in bruikleen verstrekt; tenue : een samenstel van dienstkleding en inventarisgoed; magazijn : het kledingmagazijn van het Korps. Artikel 2 1. Aan politiepersoneel wordt namens de korpschef standaard dienstkleding en/of inventarisgoed verstrekt. 2. De aanschaffing van de dienstkleding en het inventarisgoed, bedoeld in het eerste lid, geschiedt door of namens de Minister. 3. Aangeschafte dienstkleding en inventarisgoed worden beheerd door de korpschef en opgeslagen in het magazijn. 4. In door de Minister te bepalen gevallen geschiedt de verstrekking van tot dienstkleding en/of inventarisgoed behorende kledingstuk- ken als maatkleding. 5. De door politiepersoneel te dragen kleding- of uitrustings- stukken dienen, wat het model, de samenstelling en de kleur ervan be- treft, geheel overeen te komen met het exemplaar daarvan, dat zich als standaard bevindt in het magazijn. Artikel 3 1. Aan de politieambtenaar, behoudens aan de adspirant-agent, wordt bij zijn indiensttreding en voor diens rekening de dienstkleding verstrekt, die is opgenomen in de van deze regeling onderdeel uitma- ************************* AB 1988 no. 106 *CENTRAAL WETTENREGISTER* 18 september 2013 ************************* ===================================================================== kende bijlage I, voor zover die op hem van toepassing is. 2. De politieambtenaar is gehouden van alle aan hem ingevolge het eerste lid uitgereikte goederen ten minste het in bijlage I vermelde aantal in bezit te hebben en in goede staat te houden. 3. Bij de verstrekking van dienstkleding wordt aan de politieambtenaar in rekening gebracht de kostprijs van de goederen, vermeerderd met een bedrag van ten hoogste 10% van de kostprijs ter dekking van de kosten van aanschaf en beheer. 4. De kosten van onderhoud en reparatie van dienstkleding zijn voor rekening van de desbetreffende politieambtenaar. 5. Van iedere politieambtenaar afzonderlijk wordt door de zorg van de korpschef op een kaart van een door de minister van Financiën goedgekeurd model, aantekening gehouden van de aan de desbetreffende ambtenaar verstrekte dienstkleding en van de kosten daarvan, alsmede van de kosten van onderhoud en reparatie, voor zover die door of van- wege het Korps zijn verricht. 6. Eenmaal verstrekt wordt dienstkleding niet meer teruggenomen. Alleen met toestemming van de Minister kan, wanneer de betrokken politieambtenaar de politiedienst verlaat met een aanmerkelijk schuldsaldo en de desbetreffende dienstkleding ongebruikt is, van het bovenstaande worden afgeweken. Artikel 4 1. Aan politiepersoneel wordt bij de indiensttreding het inventarisgoed verstrekt, dat is opgenomen in de van deze regeling onderdeel uitmakende bijlage II, voor zover die bijlage op de desbetreffende ambtenaar van toepassing is. 2. Het politiepersoneel is gehouden van alle aan hen ingevolge het eerste lid uitgereikte goederen het aldaar vermelde aantal in bezit te hebben en in goede staat te houden. 3. Door slijtage niet langer bruikbaar inventarisgoed wordt door de persoon, die het in bruikleen heeft, ter reparatie of vervanging aangeboden bij het magazijn. 4. Van al het aan het politiepersoneel verstrekte inventarisgoed wordt door de zorg van de korpschef voor iedere persoon afzonderlijk aantekening gehouden op een kaart van een door de Minister goedgekeurd model. 5. Binnen 7 dagen na het beëindigen van het dienstverband met het korps dient het politiepersoneel al het op de in het vierde lid ge- noemde kaart vermelde inventarisgoed bij het magazijn in te leveren. Artikel 5 1. Indien is geconstateerd dat door een politieambtenaar niet is voldaan aan de verplichtingen, bedoeld in artikel 3, tweede lid, kan hij door of namens de korpschef worden verplicht tot de aanschaf bij het magazijn van, c.q. tot het verrichten of doen verrichten van onderhoud aan de desbetreffende dienstkleding. In zodanig geval zijn het tweede, respectievelijk derde lid van artikel 3 van toepassing. 2. Indien is geconstateerd, dat door een lid van het politiepersoneel niet is voldaan aan de verplichtingen, bedoeld in artikel 4, tweede lid, kan hij door of namens de korpschef worden verplicht tot het verrichten of doen verrichten van onderhoud of reparatie aan het desbetreffende inventarisgoed, of wordt hem dit alsnog verstrekt. 2 ************************* AB 1988 no. 106 *CENTRAAL WETTENREGISTER* 18 september 2013 ************************* ===================================================================== Artikel 6 1. Aan de politieambtenaar in de rang van agent en hoger wordt een kledingtoelage toegekend. 2. De kledingtoelage bedraagt maximaal: - Af. 240,- per kalenderjaar voor de ambtenaar in de rang van agent tot en met hoofdagent; - Af. 300,- per kalenderjaar voor de ambtenaar in de rang van onderinspecteur en hoger. 3. De kledingtoelage wordt niet in geld uitgekeerd, doch jaarlij- ken in rekening-courant gehouden ter delging van de kosten van de verstrekking van dienstkleding. 4. Het aan de adspirant-agent verstrekte inventarisgoed, bedoeld in bijlage I, wordt bij diens bevordering tot agent, zijn eigendom voor een door de korpschef vast te stellen bedrag dat wordt ingehouden op de hem alsdan toekomende kledingtoelage. Artikel 7 1. Aan het eind van ieder kalenderjaar en bij het verlaten van de dienst van een politieambtenaar wordt door de zorg van de korpschef, van iedere politieambtenaar afzonderlijk en met in achtneming van het bepaalde in het vierde lid, het saldo op de in het derde lid van artikel 3 bedoelde kaart vastgelegd en aan de Directeur Financiën en aan de betrokkene ter kennis gebracht op uiterlijk 31 januari van het daaropvolgende jaar respectievelijk 30 dagen na het verlaten van de dienst; 2. Het totaalbedrag der kosten voor aan een politieambtenaar ge- durende een kalenderjaar verstrekte kleding mag in beginsel niet meer bedragen dan twee maal de jaarlijkse kledingtoelage; het aan het eind van een kalenderjaar bestaande schuldsaldo wordt naar het volgende kalenderjaar overgebracht. 3. Indien het overgeboekte schuldsaldo stijgt boven het bedrag van de jaarlijkse kledingtoelage, brengt de korpschef dit onverwijld ter kennis van de Minister, die kan bepalen, dat het bedrag der over- schrijding en van verder noodzakelijk geachte aanschaffingen uit het magazijn, hetzij zal worden ingehouden op de bezoldiging van de desbetreffende politieambtenaar, hetzij op andere wijze zal worden ingevor- derd. 4. De Directeur Financiën brengt uiterlijk binnen 2 maanden het schuldsaldo of het tegoedsaldo in mindering respectievelijk meerdering op de bezoldiging van de desbetreffende politieambtenaar. Artikel 8 De Directeur Financiën is belast met alle uit deze ministeriële regeling voortvloeiende betaalbaarstellingen en invorderingen ten aan- zien van politiepersoneel. Artikel 9 1. Klachten over verstrekte dienstkleding of inventarisgoed dienen door het politiepersoneel, door tussenkomst van de korpschef, bij de Minister te worden ingediend. 2. Indien gebleken onvoldoende kwaliteit dienstkleding of inventarisgoed de oorzaak of mede de oorzaak is geweest van toepassing van het bepaalde in artikel 5, zal de Minister tot gehele of gedeeltelijke compensatie aan de klager overgaan. 3 ************************* AB 1988 no. 106 *CENTRAAL WETTENREGISTER* 18 september 2013 ************************* ===================================================================== Artikel 10 1. Onverminderd de bevoegdheid deze kosten van derden terug te vorderen, worden door het Korps betaald de noodzakelijke reparaties van, c.q. de vervanging van dienstkleding en inventarisgoed, dat is beschadigd, onbruikbaar geraakt of verloren gegaan door een ongeval tijdens de uitoefening van de dienst. 2. Indien naar het oordeel van de Minister het in het eerste lid bedoelde ongeval in overwegende mate te wijten is aan het bij dat ongeval betrokken politiepersoneel, kan de Minister de kosten van reparatie c.q. vervanging van beschadigde, in onbruik geraakte of verloren gegane dienstkleding of inventarisgoed geheel of ten dele terugvorde- ren van het desbetreffende personeel. Artikel 11 1. Voor zover nodig of wenselijk, is in bijlage III van dienstkleding en inventarisgoed bepaald, van welke stoffen en materiaal zij vervaardigd dienen te worden. 2. Door het politiepersoneel worden op dienstkleding en inventarisgoed uitsluitend gedragen de emblemen en onderscheidingstekens, opgenomen in bijlage V. Artikel 12 1. Dienstkleding wordt door het politiepersoneel uitsluitend gedragen in de vorm van een tenue; er zijn zeven soorten tenue, als om- schreven in de leden 3 tot en met 9. 2. Bij de uitoefening van de dienst wordt de dienstkleding in overeenstemming met de daarvoor door de korpschef gegeven richtlijnen gedragen. 3. Het dagelijks tenue wordt gedragen tijdens de normale dienst en omvat de dienstkleding, opgenomen in bijlage IV, onder A. 4. Het werktenue wordt gedragen door personeel in de rang van onderinspecteur en hoger in door de korpschef te bepalen gevallen en omvat de dienstkleding, opgenomen in bijlage IV, onder B. 5. Het geklede tenue wordt gedragen tijdens door de korpschef te bepalen bijzondere gebeurtenissen, waarbij de desbetreffende persoon uit hoofde van zijn taak aanwezig is, en omvat de dienstkleding, opgenomen in bijlage IV, onder C. 6. Het avondtenue wordt gedragen door personeel in de rang van inspecteur en hoger tijdens door de korpschef te bepalen bijzondere gebeurtenissen, waarbij de desbetreffende persoon uit hoofde van zijn taak of functie aanwezig is, en omvat de dienstkleding, opgenomen in bijlage IV, onder D. 7. Het strandtenue wordt gedragen door het personeel, dat belast is met de stranddienst, en door personeel, dat dienst doet aan boord van de politieboot, en omvat de dienstkleding, opgenomen in bijlage IV, onder E. 8. Het bijstandstenue wordt gedragen door het personeel, ingedeeld bij een bijstandseenheid, in situaties, waarbij die eenheid daadwerkelijk of in oefensituaties optreedt, en omvat de dienstkleding, opgenomen in bijlage IV, onder F. 9. Het sporttenue wordt gedragen bij de van dienstwege voorge- schreven sportbeoefening en tijdens door de korpschef te bepalen bijzondere gebeurtenissen en omvat de dienstkleding, opgenomen in bijlage IV, onder G. 4 ************************* AB 1988 no. 106 *CENTRAAL WETTENREGISTER* 18 september 2013 ************************* ===================================================================== Artikelen 13 tot en met 15 (vervallen) Artikel 16 1. Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na die van haar afkondiging. 2. Zij kan worden aangehaald als Regeling kleding en uitrusting politiepersoneel. 5 ************************* AB 1988 no. 106 *CENTRAAL WETTENREGISTER* 18 september 2013 ************************* ===================================================================== Bijlage I behorende bij de Regeling kleding en uitrustingpolitiepersoneel Kledingverstrekking in eigendom aan politiepersoneel ---------------------------------------------------- A. Verstrekking van dienstkleding aan politieambtenaren die gewoonlijk in uniform dienst doen: 1. aan mannelijke ambtenaren aantal - pet 2 - petembleem: -- zilverkleurig 1) 2 -- goudkleurig 2) 2 - petknopen: -- zilverkleurig 1) 4 -- goudkleurig 2) 4 - stormband: -- zwart 3) 2 -- zilverkleurig 4) 2 -- goudkleurig 5) 2 - pet met miniatuur petembleem 6) 1 - lange broek 3 - korte broek, shortmodel 6) 3 - overhemden lichtblauw, korte mouw 1) 6 - overhemden lichtblauw, lange mouw 1) 2 - overhemden wit, lange mouw 2) 6 - overhemden wit, korte mouw 2) 2 - poloshirt wit, korte mouw, 6) 6 - stropdassen 2 - handschoenen 1 paar - koppelriem met drie draagbandjes 1 - broekriem 1 - dasklem 1 - schouderbedekking met bijbehorende rang- onderscheidingstekens 2 paar - sokken, 6 paar - sokken, wit 6 paar - schoenen, laag model of hoog 2 paar - strandschoenen, blauw 2 paar - regenjas 1 - petovertrek 1 - embleemknopen met bijbehorende splitpennen en steunplaatjes naar behoefte - uniformjas 2) 1 - wit armkoord 2) 1 - lange broek, donkerblauw 7) 1 - goudkleurig armkoord 7) 1 - C.P.A.-insigne: -- zilverkleurig 1) 1 paar -- goudkleurig 2) 1 paar - miniatuur korpsembleem 2 2 - mouwemblemen 3 - signaalfluit met ketting: -- zilverkleurig 1) 1 aantal -- goudkleurig 2) 1 6 ************************* AB 1988 no. 106 *CENTRAAL WETTENREGISTER* 18 september 2013 ************************* ===================================================================== - sportbroek, donkerblauw naar behoefte - sportshirt, wit naar behoefte - sportschoenen naar behoefte 2. aan vrouwelijke ambtenaren aantal - hoed 2 - baseball-pet met miniatuur petembleem 1 - lange broek of (broek)rok 3 - korte broek, shortmodel 6) 3 - overhemden, lichtblauw, korte mouw 1) 6 - overhemden, lichtblauw, lange mouw 1) 1 - overhemden, wit, lange mouw 2) 6 - overhemden, wit, korte mouw 2) 2 - poloshirt, wit, korte mouw, 6) 6 - stropdassen 2 - handschoenen 1 paar - koppelriem met drie draagbandjes 1 - broekriem 1 - dasklem 1 - schouderbedekking met bijbehorende rang- onderscheidingstekens 2 paar - pantyhose, huidkleurig naar behoefte - schoenen 2 paar - strandschoenen, blauw 6) 2 paar - regenjas 1 - schoudertas 1 - embleemknopen met bijbehorende splitpennen en steunplaatjes naar behoefte - uniformjas 2) 1 - wit armkoord 2) 1 - goudkleurig armkoord 3) 1 - C.P.A.-insigne: -- zilverkleurig 1) 1 paar -- goudkleurig 2) 1 paar - miniatuur-korpsembleem 2) 2 - mouwemblemen 3 - signaalfluit met ketting: -- zilverkleurig 1) 1 -- goudkleurig 2) 1 - sportbroek, donkerblauw naar behoefte - sportshirt, wit naar behoefte - sportschoenen naar behoefte B. Verstrekking van dienstkleding aan politieambtenaren die gewoonlijk in burgerkleding dienst doen: aantal - pet of hoed 1 - petembleem 2 - petknopen 4 - stormband: -- zwart 3) 2 aantal -- zilverkleurig 8) 2 -- goudkleurig 7) 2 7 ************************* AB 1988 no. 106 *CENTRAAL WETTENREGISTER* 18 september 2013 ************************* ===================================================================== - lange broek, (broek)rok 2 - overhemden, lichtblauw, korte mouw 1) 3 - overhemd, lichtblauw, lange mouw 1) 1 - overhemden, wit, lange mouw 2) 3 - overhemd, wit, korte mouw 2) 1 - stropdas 1 - handschoenen 1 paar - koppelriem met drie draagbandjes 1 - broekriem 1 - dasklem 1 - schouderbedekking met bijbehorende rang- onderscheidingstekens 1 paar - sokken, donkerblauw 2 paar - schoenen, laag model 1 paar - regenjas 1 - petovertrek 1 - embleemknopen met bijbehorende splitpennen en steunplaatjes naar behoefte - uniformjas 2) 1 - wit armkoord 2) 1 - lange broek, donkerblauw 7) 1 - goudkleurig armkoord 7) 1 - C.P.A.-insigne: -- zilverkleurig 1) 1 paar -- goudkleurig 2) 1 paar - miniatuur korpsembleem 2) 2 - mouwemblemen 3 - signaalfluit met ketting: -- zilverkleurig 1) 1 -- goudkleurig 2) 1 - sportbroek, donkerblauw naar behoefte - sportshirt, wit naar behoefte - sportschoenen naar behoefte 1) voor ambtenaren in de rang van hoofdagent en lager 2) voor ambtenaren in de rang van onderinspecteur en hoger 3) voor ambtenaren in de rang van brigadier en lager 4) voor ambtenaren in de rang van hoofdagent 5) voor ambtenaren in de rang van onderinspecteur en hoger 6) voor ambtenaren, werkzaam bij de strandpolitie 7) voor ambtenaren in de rang van inspecteur en hoger 8) voor ambtenaren in de rang van hoofdagent en onderinspecteur 8 ************************* AB 1988 no. 106 *CENTRAAL WETTENREGISTER* 18 september 2013 ************************* ===================================================================== Bijlage II behorende bij de Regeling kleding en uitrusting politiepersoneel Kleding- en uitrustingverstrekking in bruikleen (als inventarisgoed) -------------------------------------------------------------------- aan politiepersoneel -------------------- A. Verstrekking als aan politieambtenaren die gewoonlijk in uniform dienst doen: aantal - korpsbrevet 1 - immigratie-insigne voor de ambtenaren, ingedeeld 1 bij de Vreemdelingenpolitie - bundels, alsmede overige op de uitrustingskaart te 1 set vermelden voorschriften - legitimatiebewijs 1 - staaflantaarn 1 - pistool FN, kaliber 9 mm kort, met zestien stuks 1 bijbehorende patronen, danwel - pistool Walther PPK, kaliber 9 mm kort, met 12 1 stuks bijbehorende patronen, danwel - pistool Walther P5, kaliber 9 mm parabellum, met 1 stuks bijbehorende patronen, danwel - revolver Smith & Wesson of Colt met bijbehorende tas 1 - snelladers (bij revolver Smith & Wesson of Colt) 2 - tasjes voor snelladers (bij revolver Smith & Wesson 2 of Colt) - handboeien 1 set - draagtas voor handboeien 1 - draagring voor wapenstok 1 - patroonhouders per wapen 2 - traangashouder 1 - korte wapenstok 1 - pistooltas en/of zakholster 1 - traangashoudertas 1 - loopborstel 1 - pompstok 1 - busje wapenolie 1 - draagfoedraal voor staaflantaarn 1 B. Verstrekking aan politieambtenaren die gewoonlijk dienst in burgerkleding verrichten: aantal - korpsbrevet 1 - immigratie-insigne voor de ambtenaren, ingedeeld 1 bij de Vreemdelingenpolitie - legitimatiebewijs 1 - bundels, alsmede overige op de uitrustingskaart te 1 set vermelden voorschriften - staaf-lantaarn 1 - pistool FN, kaliber 9 mm kort, met zestien stuks 1 bijbehorende patronen, danwel aantal - pistool Walther PPK, kaliber 9 mm kort, met 12 1 9 ************************* AB 1988 no. 106 *CENTRAAL WETTENREGISTER* 18 september 2013 ************************* ===================================================================== stuks bijbehorende patronen, danwel - pistool Walther P5, kaliber 9 mm parabellum, met 1 16 stuks bijbehorende patronen, danwel - revolver Smith & Wesson of Colt met bijbehorende tas 1 - snelladers (bij revolver Smith & Wesson of Colt) 2 - tasjes voor snelladers (bij revolver Smith & Wesson of Colt) 2 - traangashouder 1 - traangashoudertas 1 - handboeien 1 set - draagtas voor handboeien 1 - patroonhouder per wapen 1 - korte wapenstok 1 - ploertendoder 1 - holster en zonodig een pistooltas 1 - loopborstel 1 - pompstok 1 - busje wapenolie 1 - draagfoedraal voor staaflantaarn 1 - draagring voor wapenstok 1 C. Verstrekking aan adspirant-agenten in opleiding: aantal - lange broek of broek(rok) 2 - overhemden, lichtblauw, korte mouw 4 - overhemd, lichtblauw, lange mouw 1 - pet 1 - petembleem 1 - petknopen 2 - stormband, zwart 1 - stropdas 1 - dasklem 1 - sokken, donkerblauw 4 paar - schoenen, laag model 1 paar - C.P.A.-insigne, zilverkleurig 1 paar - mouwemblemen 2 - broekriem 1 - sportbroek, donkerblauw 2 - sportshirt, wit 4 - sportschoenen 1 paar D. Verstrekking aan politieambtenaren van het Korps, mede belast met het berijden van motorfietsen: aantal - valhelm 1 - rijbroek 1 - rijlaarsen 1 paar E. Verstrekking aan politieambtenaren, ingedeeld bij de Onderafdeling Verkeer: aantal - verkeersondermouwen, reflecterend 1 paar - verkeersvest, reflecterend 1 10