Measurement, evaluation and control of the microclimate in rooms for weaned piglets Promotoren: Prof. dr. ir. G.P.A. Bot Hoogleraar Fysisch modelleren, Wageningen Universiteit Prof. dr. ir. J.H.M. Metz Hoogleraar Technische Ontwerp van Bedrijfssystemen in de Dierhouderij Wageningen Universiteit Co-promotor: Prof. dr. ir. L.A. den Hartog Hoogleraar Bedrijfsontwikkeling in de Veehouderij, Wageningen Universiteit Promotiecommissie Prof. dr. ir. D. Berckmans (Katholieke Universiteit Leuven) Prof. dr. ir. B. Kemp (Wageningen Universiteit) dr. ir. C.E. van ’t Klooster (Agrotechnology and Food Innovations, Wageningen UR) dr. F.J.C.M.van Eerdenburg (Universiteit Utrecht) Dit onderzoek is uitgevoerd binnen de onderzoekschool Wageningen Institute of Animal Sciences (WIAS). Measurement, evaluation and control of the microclimate in rooms for weaned piglets Antonius Victor van Wagenberg Proefschrift ter verkrijging van de graad van doctor op gezag van de rector magnificus van Wageningen Universiteit Prof.dr. M.J. Kropff in het openbaar te verdedigen op dinsdag 1 november 2005 des namiddags te vier uur in de Aula Van Wagenberg, A.V., 2005. Measurement, evaluation and control of the microclimate in rooms for weaned piglets. Ph.D. Thesis, Wageningen University and Applied Research Division of Animal Sciences Group, Lelystad, The Netherlands. With summaries in English and Dutch ISBN 90-8504-279-8 Abstract The Animal Occupied Zone (AOZ), or the microclimate, in a room for weaned piglets is roughly the zone between 0 and 50 cm above the floor of the pen. It is distinguished from the macroclimate, which is the average climate of a pig room. The ability to create and maintain an optimal climate in the AOZ is an important aspect of ventilation system performance, and was studied in this thesis in rooms for weaned piglets. The effectiveness of removal of air contaminants and heat from the AOZ highly depended on the type of ventilation system. It was highest in a room with ground channel ventilation. In a room with door-ventilation, it varied largely over the pens. In the room with porous ceiling ventilation the heat production of the animals resulted in an upward airflow above the lying area, which lowered AOZ contaminant removal effectiveness. For a good insight in thermal environment in the AOZ, air velocities were measured in the AOZ by an ultrasonic anemometer. The location of the anemometer in a pen appeared to be important and in a door-ventilated room there were differences in average air velocity between the pens. To indicate the quality of the thermal environment piglets in a batch are exposed to, two evaluation methods were introduced. The first uses solely AOZ air temperature; the other the kata-value (KV), which combines air velocity and air temperature. The methods result in numerical indicators, based on the duration and the magnitude of excess of AOZ thermal conditions outside the Thermo Neutral Zone. These methods proved to be useful tools in the technical evaluation of climate-systems, and the value of the indicator for “too warm” conditions significantly affected animal performance. Comparison of both indicators learnt that air temperature is the most critical variable to be measured to characterize the AOZ climatic conditions, but for recognition of “too cold” conditions KV clearly has additive value. Simulated AOZ climatic conditions were compared with measurements in a door-ventilated room, and showed that the simulation technique is a powerful tool for the design of a ventilation system, but needs to be calibrated with data from real farming situations. In a conventional climate control system in a room with ground channel ventilation AOZ temperature was lower and showed greater fluctuations than room temperature. Model predictive control including AOZ temperature measurement strongly reduced the temperature fluctuations in the AOZ. Voorwoord Wat is nu een goed onderzoek? Met deze vraag heb ik vaak geworsteld afgelopen jaren. Naast klanttevredenheid en kloppende begrotingen tellen ook goede wetenschappelijke publicaties. Daarbij moest mijn onderzoek aansluiten bij vragen die in de praktijk leven rondom klimaatbeheersing in varkensstallen, waardoor dit zou bijdragen aan verbetering van het klimaat waarin onze varkens gehuisvest worden. Tijdens dit promotieonderzoek was bovengeschetst krachtenveld een uitdagende en soms ook afleidende achtergrond. Maar na 5 jaar is de klus dan toch geklaard, en ken ik in ieder geval de belangrijke randvoorwaarden voor een goed onderzoek. Ten eerste is samenwerking zeer belangrijk, onderzoek in een praktijkstal is teamwork. Ik heb altijd kunnen rekenen op hulp van collega onderzoekers, collega’s van de meetploeg en van de praktijkcentra: Mark, Henk (2*), Theo, Mart en vele anderen. Ook zorgt samenwerking voor inspiratie en wordt ermee voorkomen dat het wiel op te veel plekken opnieuw uitgevonden wordt. Internationaal heb ik samengewerkt met mijn Deense collega Bjarne, en met mijn collega’s in Leuven, waarbij ik met name Jean-Marie en Daniel wil noemen. Alle samenwerkingspartners, bedankt. Ten tweede is goede begeleiding uitermate belangrijk. De regelmatige bijeenkomsten met de begeleidingscommissie hielden me scherp en op gang. Als commissie waren we ook aardig op elkaar ingespeeld. Gerard, mijn eerste promotor, met enorm veel fysisch technische inbreng. Als buitenstaander van de varkenshouderij leverde jij een continue check op een heldere en eenduidige rapportage. Jos, tweede promotor en zootechneut met een talent om zaken zo helder en wetenschappelijk te analyseren. Leo, als co-promotor was jouw inbreng een enorme hoeveelheid varkenshouderijervaring, maar ook om het proces te bewaken. Als laatste in dit rijtje Nico, die eigenlijk altijd al varkenshouder wilde worden. Jouw rol in mijn promotieonderzoek was vooral de inbreng van praktische aspecten, maar omdat je ook mijn clustermanager bent hadden we ook naast dit onderzoek zeer veel met elkaar te maken. Begeleiders, enorm bedankt. Ten derde is het voor een goed onderzoek essentieel dat een onderzoeker mensen om zich heen heeft die hem motiveren en stimuleren. Vrienden en familie, het schrijven van dit proefschrift kende een paar dalletjes waar ik met jullie doorheen gewandeld ben. Nu heb ik hier weer meer tijd voor. Enne, Marloes en Stan, wat hebben we het toch goed met ons drietjes. Contents Chapter 1 General Introduction 1 Chapter 2 Contaminant and Heat Removal Effectiveness of Three Ventilation Systems in Nursery Rooms for Pigs 11 Chapter 3 Measurement of Air Velocity in Animal Occupied Zones Using an Ultrasonic Anemometer 31 Chapter 4 Methods for Evaluation of Thermal Environment in the Animal Occupied Zone for Weaned Piglets 53 Chapter 5 Measurements and Simulation of Climatic Conditions in the Animal Occupied Zone in a Door-ventilated Room for Piglets 79 Chapter 6 Climate Control Based on Temperature Measurements in the Animal Occupied Zone of a Pig Room with Ground Channel Ventilation 101 Chapter 7 General Discussion 127 Summary 141 Samenvatting 149 Curriculum Vitae 157
Description: